85, Montreal, 4
augustus, doodsoorzaak onbekend
Canadees bijrol- en stemacteur. Neef van acteur Raymond Massey. Lange carrière, ook als
‘stem van God’ in educatieve documentaires van de National Film Board of Canada
(NFB), zoals Legends and Life of the
Inuit (J. Richard Robesco, 1978) en Soils
of Canada (Gilles Blais, 1978). Filmdebuut in de omnibusfilm Now That April’s Here (William Davidson,
1958). Voorts onder meer Don’t Let the
Angels Fall (George Kaczender, 1969), de seksklucht Loving and Laughing/Ik wil het overal met je doen (J. Johnson alias
John Sole, 1971), als echtgenoot van Stéphane Audran in Les liens de sang/Blood Relatives (Claude Chabrol, 1978), Tomorrow Never Comes (Peter Collinson,
1978), Agency (Kaczender, 1980), Happy Birthday to me (J. Lee Thompson,
1981), The Hotel New Hampshire (Tony
Richardson, 1984), Mrs. Soffel (Gillian
Armstrong, 1984), Blue Line (Marc F.
Voizard, 1985), The Boy in Blue (Charles
Jarrott, 1986), Un zoo la nuit (Jean-Claude
Lauzon, 1987), Jacknife (David Jones,
1989), Mrs. Parker and the Vicious Circle
(Alan Rudolph, 1994), de tv-serie Lassie
(1997-99), Waking the Dead (Keith
Gordon, 2000), The Greatest Game Ever
Played (Bill Paxton, 2005) en The
Velveteen Rabbit/Het fluwelen konijn (Michael Landon Jr., 2009). Samen met
John Ralph schreef Massey de korte NFB-documentaire Script to Screen (Claude Delorme, 1972).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten