29 juni 2013

Jim Kelly

67, San Diego, 29 juni, kanker

 

Afro-Amerikaans karateka en acteur. Karatekampioen in de middengewichtklasse, die ook verdienstelijk tenniste, werd een ster als tegenspeler van Bruce Lee in Enter the Dragon (Robert Clouse, 1973). Kort daarvoor gedebuteerd in de blaxploitation-titel Melinda (Hugh A. Robertson, 1972). Coole vechter met afrolook in films als Black Belt Jones (top-billed; Clouse, 1974), Three the Hard Way (tegenover Jim Brown en Fred Williamson; Gordon Parks Jr., 1974), Golden Needles (Clouse, 1974), Take a Hard Ride/La lunga cavalcata (Antonio Margheriti, 1975), One Down, Two to Go (Williamson, 1975), Hot Potato (Oscar Williams, 1976), Black Samurai (top-billed; Al Adamson, 1977), de Hongkongproductie E yu tou hei sha xing/Black Belt Jones 2 (top-billed; Tso Nam Lee, 1978) en Death Dimension (top-billed; Adamson, 1978).

25 juni 2013

Bert Stern

83, New York, 25 juni, natuurlijke dood

 

Amerikaans fotograaf en filmmaker. Portretteerde de sterren, maakte onder meer 2500 foto’s van Marilyn Monroe kort voor haar dood in 1962. Stillfotograaf van Lolita (Stanley Kubrick, 1961). Draaide en regisseerde de lange documentaire Jazz on a Summer’s Day (1959) over het Newport Jazz Festival van 1958, met onder meer Louis Armstrong, Mahalia Jackson, Thelonious Monk en Chuck Berry.

Zou bij afwezigheid van publieksshots later zijn vrienden in de studio hebben laten applaudisseren. IDFA vertoonde in 2011 de documentaire Bert Stern: Original Madman (Shannah Laumeister, 2011). Getrouwd met de 40 jaar jongere Laumeister, gescheiden van ballerina Allegra Kent.

Liu Chia Liang

76, Hongkong, 25 juni, leukemie

 

In China geboren Hongkongs stuntman, acteur, gevechtschoreograaf en regisseur, Kantonese naam: Lau Kar Leung. Begon als figurant en gevechtsregisseur voor de zwart-witfilms uit de jaren 50 met de legendarische Wong Feng-hung. Daarna steunpilaar van de vechtfilms van de studio Shaw Brothers. Choreografeerde onder meer The One-Armed Swordsman/Dubei dao (Chang Cheh, 1967), Return of the One-Armed Swordsman/Dubei dao wang (Chang, 1969), Blood Brothers/Ci Ma (Chang, 1973), Five Shao Lin Masters/Shao Lin wu zu (Chang, 1974), The Legend of the 7 Golden Vampires (Roy Ward Baker, 1974) en het Taiwanese Master of the Flying Guillotine/Dubi quan wang da po xue di zi (Wang Yu, 1976). De eerste film die Liu volledig regisseerde was The Spiritual Boxer/Shen da (1975), gevolgd door de grote internationale hits Executioners from Shao Lin/Hung hsi kuan (1977) en 36th Chamber of Shao Lin/Shào Lín sān shí liù fáng (1978). Tientallen films zouden volgen, waaronder het Jackie Chan-vehikel Drunken Master II/Jui kuen II (1994) en de choreografie van de remake in wuxia-stijl van De zeven samurai (Akira Kurosawa, 1954) getiteld Seven Swords/Qi jian (Tsui Hark, 2005). In sommige van zijn films speelde Liu zelf een hoofdrol, bij voorbeeld in Mad Monkey Kung Fu/Feng hou (1979),  Legendary Weapons of China/Shi ba ban wu yi (1983), Drunken Master III/Jui kuen III (1994) en Drunken Monkey/Chui ma lau (2003).

23 juni 2013

Richard Matheson


87, Calabasas CA, 23 juni, doodsoorzaak onbekend

Amerikaans schrijver en scenarist. Invloedrijk en productief sciencefiction- en griezelauteur, die sommige van zijn boeken (zoals de zombieroman I Am Legend, 1954) meer dan eens verfilmd zag worden. Schreef tot grote tevredenheid van regisseur-producent Roger Corman enkele van diens klassieke verfilmingen van Edgar Allan Poe: House of Usher (1960), Pit and the Pendulum/Het mysterie van de dodende slinger (1961), Tales of Terror (1962) en The Raven (1963). Ook schreef Matheson de tv-film waarmee Steven Spielberg debuteerde. Duel (1971).
Voorts tekende Matheson voor de scenario’s van The Incredible Shrinking Man (Jack Arnold. 1957) naar zijn eigen roman The Shrinking Man (1956), The Beat Generation (Charles F. Haas, 1959), zestien afleveringen van de tv-serie The Twilight Zone (1959-64), Master of the World (naar Jules Verne; William Witney, 1961), Night of the Eagle (Sidney Hayers, 1962), The Comedy of Terrors (Jacques Tourneur. 1963),
The Last Man on Earth (onder het pseudoniem Logan Swanson, naar zijn eigen roman I Am Legend; Ubaldo B. Ragona en Sidney Salkow, 1964), Fanatic (Silvio Narizzano. 1965), The Young Warriors (naar zijn eigen roman The Beardless Warriors; John Peyser, 1967), The Devil Rides Out (Terence Fisher, 1968), De Sade (Cy Endfield, 1969), The Legend of Hell House (naar zijn roman Hell House; John Hough, 1973), Somewhere in Time (naar zijn roman Bid Time Return; Jeannot Szwarc, 1980), Twilight Zone: The Movie (episoden van Spielberg, Joe Dante en George Miller; 1983). Jaws 3-D (Joe Alves, 1983), Loose Cannons (Bob Clark, 1990), What Dreams May Come (naar zijn gelijknamige roman; Vincent Ward, 1998) en Stir of Echoes (naar zijn gelijknamige roman; David Koepp, 1999). Films naar zijn werk, geadapteerd door andere scenaristen zijn onder meer Cold Sweat/De la part des copains (naar Ride the Nightmare; Terence Young, 1970), The Omega Man (naar I Am Legend; Boris Sagal, 1971), Les seins de glace (naar Someone Is Bleeding; Georges Lautner, 1974), The Incredible Shrinking Woman (Joel Schumacher, 1981), I Am Legend (Francis Lawrence, 2007) en Real Steel (naar het korte verhaal Steel; Shawn Levy, 2011).

Gary David Goldberg

68, Montecito CA, 23 juni, hersentumor

 

Amerikaans scenarioschrijver, regisseur, producent en acteur. Productief schrijver van televisiefictie scoorde een grote hit met de door hem gecreëerde sitcom Family Ties (1982-89), waarin Michael J. Fox de Republikeinse zoon van voormalige hippies speelde. Minder populair, maar in vakkringen zeer gewaardeerd was Goldbergs series Brooklyn Bridge (1991). Schreef, produceerde en regisseerde twee speelfilms: Dad (naar William Wharton, met Jack Lemmon en Ted Danson; 1989) en Must Love Dogs (2005). Ook produceerde en schreef hij Bye Bye Love (Sam Weisman, 1995). Speelde een klein rolletje tegenover Natalie Portman in No Strings Attached (Ivan Reitman, 2011).

21 juni 2013

Elliott Reid

93, Studio City CA, 21 juni, hartfalen

 

Amerikaans acteur, voluit Edgeworth Blair Reid, roepnaam: Ted. Hoorspelacteur bij Orson Welles’ Mercury Theatre en lid van de Actors Studio speelde bijrollen in een aantal films, vaak als professor of elegante inwoner van Manhattan. Hij werd vooral bekend als een van de twee privédetectives die Marilyn Monroe moet schaduwen (maar het aanlegt met Jane Russell) in Gentlemen Prefer Blondes (Howard Hawks, 1953). Filmdebuut in het docudrama The Ramparts We Watch (Louis De Rochemont, 1940). Voorts onder meer in Young Ideas (Jules Dassin, 1943), The Story of Dr. Wassell (Cecil B. DeMille, 1944), A Double Life (George Cukor, 1947), Sierra (Alfred E. Green, 1950), The Whip Hand (William Cameron Menzies, 1951), Vicki (Harry Horner, 1953), Woman’s World (jean Negulesco, 1954), Inherit the Wind (Stanley Kramer, 1960). The AbsentMinded Professor/Flubber (Robert Stevenson, 1961), Son of Flubber (Stevenson, 1963), The Thrill of It All (Norman Jewison, 1963), The Wheeler Dealers (Arthur Hiller, 1963), Move Over, Darling (Michael Gordon, 1963), Who’s Been Sleeping in My Bed? (Daniel Mann, 1963). Follow Me. Boys! (Norman Tokar, 1966), Blackbeard’s Ghost/Een spookpiraat als maat (Stevenson, 1967), Some Kind of a Nut (Garson Kanin, 1969), Heaven Can Wait (Warren Beatty en Buck Henry, 1978) en Young Einstein (Yahoo Serious, 1988).

Diane Clare

74, Engeland, 21 juni, doodsoorzaak onbekend

 

Engels actrice, geboren als Diane Dirsztay. Blondine van Hongaarse afkomst ontleende vooral faam aan enkele horrorfilms, waarvan The Haunting (Robert Wise, 1963) wellicht de bekendste was. Debuteerde als figurante in Indiscreet (Stanley Donen, 1958), eerste officiële rol als verpleegster in de Sahara in  Ice Cold in Alex (J Lee Thompson, 1958). Ook in The Reluctant Debutante/Het weerspannige bakvisje (Vincente Minnelli, 1958), Let’s Get Married (Peter Graham Scott, 1960), The Green Helmet (Michael Forlong, 1961), The Naked Edge/De schaduw (Michael Anderson, 1961), Out of the Shadow (Michael Winner, 1961), Whistle Down the Wind (Bryan Forbes, 1961), The L-Shaped Room (Forbes, 1962), Witchcraft (Don Sharp, 1964), The Plague of the Zombies (John Gilling, 1966), The Wrong Box (Forbes, 1966), The Trygon Factor/Das Geheimnis der weißen Nonne (Cyril Frankel, 1966), The Vulture (Lawrence Huntington, 1967) en The Hand of Night (Frederic Goode, 1968). Weduwe van schrijver Barry England (Figures in a Landscape, Conduct Unbecoming).

19 juni 2013

Beatrice Sartori

57, Alphen aan den Rijn, 19 juni, doodsoorzaak niet bekend gemaakt

 

Spaans (film)journalist. Werkte onder meer voor de dagbladen El País (1983-88) en El Mundo, de televisiezenders RTE en het Catalaanse TV3 en de website CineyTeatro.es . Vormde lang met haar Nederlandse collega Ab Zagt een geduchte combinatie binnen en buiten de internationale press junkets. Woonde sinds enige tijd in Nederland.

James Gandolfini

51, Rome, 19 juni, hartaanval

 

Amerikaans acteur. Zeldzaam charismatisch acteur, met een even vadsige als gevaarlijke uitstraling: the man you love to fear, een krokodil met een gecompliceerd karakter. Misschien wel het grootste compliment na het overlijden van Gandolfini twitterde Bryan Cranston, die de hoofdrol speelt in Breaking Bad, verdedigbaar als de op een na beste moderne televisieserie, na The Sopranos: volgens Cranston zou zijn Walter White niet bestaan hebben zonder het voorbeeld van Gandolfini’s Tony Soprano. Het personage van een maffiabaas en huisvader met angstaanvallen en een psychoanalytische behandelde identiteitscrisis staat inderdaad model voor de gelaagdheid van de hedendaagse kwaliteitsserie. De rol bezorgde hem drie Emmy’s en een Golden Globe.

Voordat de in New Jersey geboren theateracteur, die de rol van Robert DeNiro in Mean Streets (Martin Scorsese, 1973), de hoofdrol verwierf in zes seizoenen van David Chases HBO-serie The Sopranos (1999-2007), was hij al in enkele films opgevallen, met name als de huurmoordenaar Virgil in het door Quentin Tarantino geschreven True Romance (Tony Scott, 1993). Zijn filmdebuut was minder opvallend, als een broeder in een gekkenhuis, in het obscure Shock! Shock! Shock! (Arn McConnell en Todd Rutt, 1987). Tot zijn overige vroege films behoren The Last Boy Scout (Scott, 1991), de chassidische thriller A Stranger among Us (Sidney Lumet, 1992), Money for Nothing (Ramón Menéndez, 1993), Mr. Wonderful (Anthony Minghella, 1993), Angie (Martha Coolidge, 1994), Terminal Velocity (Deran Sarafian, 1994), Le nouveau monde (Alain Corneau, 1995), Crimson Tide (Scott, 1995), Get Shorty (Barry Sonnenfeld, 1995),

The Juror (Brian Gibson, 1996), Night Falls on Manhattan (Lumet, 1996), She’s So Lovely (Nick Cassavetes, 1997), de tv-remake van 12 Angry Men (William Friedkin, 1997), Perdita Durango (Álex de la Iglesia, 1997), uncredited als kok in Midnight in the Garden of Good and Evil (Clint Eastwood, 1997), Fallen (Gregory Hoblit, 1998), The Mighty (Peter Chelsom, 1998), A Civil Action (Steven Zaillian, 1998) en 8MM (Joel Schumacher, 1999). Tijdens en na de opnamen van The Sopranos werden de filmrollen van Gandolfini spaarzamer, ook al omdat niemand hem meer los kon zien van het personage van Tony. Toch is het nog een respectabele lijst: The Mexican (Gore Verbinski, 2001), The Man Who Wasn’t There (Joel Coen, 2001), The Last Castle (Rod Lurie, 2001),

Surviving Christmas (Mike Mitchell, 2004), Romance & Cigarettes (John Turturro, 2005), Lonely Hearts (Todd Robinson, 2006), All the King’s Men (Zaillian, 2006), als de burgemeester in de remake van The Taking of Pelham 1-2-3 (Scott, 2009), Welcome to the Rileys (Jake Scott. 2010), tegenover Famke Janssen in Down the Shore (Harold Guskin, 2011), de tv-film Cinema Verite (Shari Springer Berman en Robert Pulcini, 2011), Killing Them Softly (Andrew Dominik, 2012), Not Fade Away (Chase, 2012), als CIA-directeur in Zero Dark Thirty (Kathryn Bigelow, 2012), The Incredible Burt Wonderstone (Don Scardino, 2013) en het nog uit te brengen Enough Said (Nicole Holofcener, 2013). Gandolfini sprak de stem in van Carol in Where the Wild Things Are (Spike Jonze, 2009).

17 juni 2013

Jim Goddard

77, Londen, 17 juni, doodsoorzaak onbekend

 

Engels regisseur. Aanvankelijk production designer,  voor opera en tv. Ook in Amerika werkzaam als regisseur van televisiedrama. Won een BAFTA voor de miniserie Kennedy (samen met Andrew Brown, 1983). Tekende voor drie in de bioscoop uitgebrachte films, waarvan de Madonna-flop Shanghai Surprise (1987) de bekendste was en de regisseur een Razzie-nominatie bezorgde. De andere twee, Parker (1982) en The House of Angelo (1997), vielen veel minder op.

15 juni 2013

Dennis O'Rourke

67, Cairns (Queensland), 15 juni, kanker

 

Australisch filmmaker.  Aanvankelijk onder meer zeeman, cowboy en arbeider op een booreiland. Autodidact als fotograaf, cameraman en documentaireregisseur was vaste gast van festivals als IDFA. Zorgde daar voor controverse door The Good Woman of Bangkok (1991), een zelfportret als sekstoerist die een Thaise geliefde probeert te redden. Eerder deed O’Rourke al stof opwaaien met zijn Cannibal Tours (1988) over toerisme in Papua Nieuw-Guinea.

O’Rourke was betrokken bij de dekolonisatie van dit voormalige Australische territorium, leidde er filmers op en draaide min of meer etnografische films: Yumi Yet – Independence for Papua New Guinea (1976), Ileksen – Politics in Papua New Guinea (1978), Yap…How Did You Know We’d Like TV? (1980) en The Shark Callers of Kontu (1982). Tot zijn overige films behoren Couldn’t Be Fairer (over aboriginals in Queensland; 1984), Half Life: A Parable for the Nuclear Age (over de gevolgen van Amerikaanse kernproeven op de Marshalleilanden; 1985), Cunnamulla (2000) en Land Mines: A Love Story (2005). Zijn lange film over wat het betekent om Australiër te zijn, I Love a Sunburnt Country…, is onvoltooid. Deed camerawerk voor de voor een Oscar genomineerde documentaire First Contact (Robin Anderson en Bob Connolly, 1982). Presenteerde in 1993 zijn top-10 op IDFA.

Evaristo Márquez

73, Cartagena de Indias, 15 juni, hartaanval

 

Colombiaans filmacteur. Herder en analfabeet van Afrikaanse afkomst werd gecast als niet-professionele tegenspeler van Marlon Brando in Queimada/Burn! (Gillo Pontecorvo, 1969) over een 19de eeuwse slavenopstand op de Antillen. Márquez zou in nog enkele films spelen: het Italiaans-Venezolaanse Il dio serpente (Piero Vivarelli, 1970) en de Mexicaanse producties Mulato (top-billed; Juan Andrés Bueno, 1974) en Arde, baby arde (José Bolaos, 1975), alsmede enkele recentere korte films. Hij zou echter wel weer herder geworden zijn.

10 juni 2013

Saskia Holleman

68, Amsterdam, 10 juni, na een lange ziekte

 

Nederlands advocaat, model en actrice. Poseerde als 25-jarige in 1970 met koe voor een artistieke naaktfoto in het blad Sekstant, die in 1971 zonder haar toestemming of medeweten gebruikt werd voor een iconisch verkiezingsaffiche, PSP Ontwapenend (in 2011 door museumbezoekers verkozen als ‘verkiezingsposter van de eeuw’). Holleman was ook danseres in de Sleeswijkrevue en stond bloot op de planken in de Nederlandse versie van de musical Hair (1972). Speelde tweede van drie meisjes in de erotische droom van Harvey Keitel, in de eerste lange, gedeeltelijk in Amsterdam opgenomen speelfilm van Martin Scorsese, Who’s That Knocking At My Door?/I Call First (1967). Ook te zien in twee segmenten van de Amsterdamse softporno-omnibusfilm Wet Dreams (1974): Jens Jørgen Thorsens Another Wet Dream en The Happy Necrophiliacs van Falcon Stuart alias Lasse Braun. Later strafrechtadvocaat. Partner van literair vertaler Peter Verstegen.

09 juni 2013

Elías Querejeta

82, Madrid, 9 juni, natuurlijke dood

 

Spaans producent, scenarioschrijver en regisseur, voluit Elías Querejeta Garáte. In Baskenland geboren voormalige profvoetballer bij Real Sociedad, tekende als producent in zijn eentje voor nagenoeg de hele artistieke filmgolf  (nuevo cine) voor, tijdens en vlak na de dood van Franco in 1975. Zijn omvangrijke werk bevat in een halve eeuw nauwelijks missers. Met name het oeuvre van de twee jaar jongere regisseur Carlos Saura was cruciaal, zelfs in het veranderen van Spanje als fascistische, autoritaire en katholieke samenleving. De politieke metafoor van La caza/De jacht (Saura, 1966) werd goed begrepen.

Querejeta produceerde voor Saura daarna Peppermint frappé (competitie Cannes; 1967), Stress-es tres-tres (1968), La madriguera (competitie Berlijn, 1969), El jardín de las delicias/De tuin der lusten (1970), Ana y los lobos (competitie Cannes 1973), La prima Angélica (juryprijs Cannes 1974), de enorm arthousehit Cría cuervos (Grand Prix Cannes 1976), Elisa, vída mia (acteursprijs Cannes voor Fernando Rey; 1977),

Los ojos vendados (competitie Cannes 1978), Mamá cumple 100 años/Mama wordt 100 (Oscarnominatie; 1979) en Deprisa, deprisa (Gouden Beer in Berlijn 1981). Produceerde voorts films als Noche de verano (Jorge Grau, 1962), Último encuentro (tevens coscenarist, competitie Cannes; Antonio Eceiza, 1967), het magisch-realistische meesterwerk El espíritu de la colmena/The Spirit of the Beehive/De geest van de bijenkorf (Gouden Schelp in San Sebastian; Victor Erice, 1973),

de flop Der scharlachrote Buchstabe/The Scarlet Letter (coproductie; Wim Wenders, 1973), Pascual Duarte (tevens coscenarist, acteursprijs in Cannes voor José Luis Gómez; Ricardo Franco. 1976), de documentaire El desencanto (Jaime Chávarri, 1976), A un dios desconocido/Aan een onbekende god (tevens coscenarist; Chávarri, 1977), Las palabras de Max (tevens coscenarist, Gouden Beer ex aequo; Emilio Mártinez Lázaro, 1978), Dedicatoria (tevens coscenarist, competitie Cannes; Chávarri, 1980), El sur (competite Cannes; Erice, 1983), Feroz (tevens coscenarist; Manuel Gutiérrez Aragón, 1984), Tasio (Montxo Armendáriz, 1984), 27 horas (tevens coscenarist, Gouden Schelp; Armendáriz, 1986),

Las cartas de Alou (Gouden Schelp; Armendáriz, 1990), Una estación de paso (tevens coscenarist; Gracia Querejeta, 1992), Historias del Kronen (competitie Cannes; Armendáriz, 1995), La cité des enfants perdus (coproducent, competitie Cannes; Jean-Pierre Jeunet en Marc Caro, 1995), El último viaje de Robert Rylands (tevens coscenarist; G. Querejeta, 1996), Familia (Goya voor beste nieuwe regisseur; Fernando León de Aranoa, 1996), Barrio (Tigercompetitie Rotterdam; León de Aranoa, 1998),

Cuando vuelvas a mi lado (tevens coscenarist; G. Querejeta, 1999), de documentaire La espalda del mundo (tevens coscenarist; Javier Corcuera, 2000), Los lunes al sol (Gouden Schelp, 5 Goya’s; León de Aranoa, 2002) en de documentaire Inverno en Bagdad (Corcuera, 2005). Naast de genoemde films ook scenariobijdragen aan Los inocentes (Juan Antonio Bardem,. 1963) en het nog uit te brengen 33 días (over Picasso en Guernica; Saura, 2014). Regisseerde met Eceiza twee korte documentaires, A través de San Sebastián (1960) en A través del fútbol (1962) en veel later alleen de lange documentaire Cerca de tus ojos (2009). Getrouwd met kostuumontwerpster Maiki Marín, vader van regisseur, scenarioschrijver en actrice Gracia Querejeta (1962).

Harry Lewis

92, Los Angeles, 9 juni, doodsoorzaak onbekend

 

Amerikaans bijrolacteur en horecaondernemer. Contractspeler bij Warner Bros. speelde zijn bekendste rol als Toots, een van de trawanten van gangster Edward G. Robinson in Key Largo (John Huston, 1948). Debuut zonder credit in Dive Bomber (Michael Curtiz, 1941), eerste vermelding in Always in My Heart/Altijd in mijn hart (Jo Graham, 1942). Voorts onder andere They Died with Their Boots On (Raoul Walsh, 1942), The Last Ride (D. Ross Lederman, 1944), Winged Victory (George Cukor, 1944), Her Kind of Man (Frederick De Cordova, 1946), The Unsuspected/Een perfect alibi (Curtiz, 1947), Adventures of Don Juan/De nieuwe avonturen van Don Juan (Vincent Sherman, 1948), Bomba on Panther Island (Ford Beebe, 1949), de cultklassieker Gun Crazy/Deadly Is the Female (Joseph H. Lewis, 1950), Blonde Dynamite (William Beaudine, 1950), The Fat Man (William Castle, 1951) en Pendulum (George Schaefer, 1969). Investeerde met zijn latere vrouw Marilyn Friedman in 1950 3.500 dollar in een fastfoodrestaurant, Hamburger Hamlet. In 1987 verkochten zij de gelijknamige keten van restaurants voor ruim 29 miljoen. Marilyn Lewis startte eind jaren 60 de succesvolle kledinglijn Cardinali.

07 juni 2013

Antonio Secchi

88, Zoanno- Ponte di Legno (prov. Brescia), 7 juni, doodsoorzaak onbekend

 

Italiaans cameraman, soms vermeld als Tony Dry. Draaide onder meer de cultklassieker El chuncho, quien sabe?/A Bullet for the General (Damiano Damiani, 1966). Voormalig partizaan en doelman in de Serie C begon als camera-assistent bij journaals in 1946. Eerste eigen cameracredit: Morte di un amico (Franco Rossi, 1959). Voorts onder meer Un uomo da bruciare (Valentino Orsini en Paolo en Vittorio Taviani, 1962), Mare matto (Renato Castellani, 1963), de coproductie met de Sovjet-Unie Italiani brava gente (Giuseppe De Santis, 1964),  Un dollaro bucato/One Silver Dollar/Een dollar met een gaatje (Giorgio Ferroni, 1965), het in Amsterdam en Volendam opgenomen New York chiama Superdrago/Super Dragon (Ferroni, 1966), Un fiume di dollari/The Hills Run Red/Het bloedspoor in de heuvels (Carlo Lizzani, 1966), Sentenza di morte (Mario Lanfranchi, 1968), Thomas e gli indemoniati (Pupi Avati, 1970) en La violenza: Quinto potere (Florestano Vancini, 1972). Schreef en regisseerde één film, de western Padella calibro 38/Panhandle Calibre 38 (met Keenan Wynn en Scott Holden; 1972).

06 juni 2013

Maxine Stuart

94, Beverly Hills, 6 juni, natuurlijke dood

 

Amerikaans bijrolactrice, geboren als Maxine Shlivek. Heel veel televisie, enkele bescheiden filmrollen: Days of Wine and Roses (Blake Edwards, 1962), Kitten with a Whip (Douglas Heyes, 1964), Dear Heart (Delbert Mann, 1964), Winning (James Goldstone, 1969), The Lost Man (Robert Alan Aurthur, 1969), Suppose They Gave a War and Nobody Came? (Hy Averback, 1970), Making It (John Erman, 1971), The Prisoner of Second Avenue (Melvin Frank, 1975), als secretaresse in Fun with Dick and Jane (Ted Kotcheff, 1977), Private Benjamin (Howard Zieff, 1980) en Like Father, Like Son (Rod Daniel, 1987).  Komt als personage voor in de door haar vriendin Helen Hanff geschreven memoires 84 Charing Cross Road en wordt in de verfilming (David Jones, 1987) gespeeld door Jean De Baer. Gescheiden van acteur Frank Maxwell, getrouwd met scenarioschrijver David Shaw.

Esther Williams

91, Beverly Hills, 6 juni, natuurlijke dood

 

Amerikaans zwemster en filmactrice, voluit Ester Jane Williams. Ster van een lange reeks succesvolle MGM-musicals met een waterthema, die bekend stonden als Esther Williams-vehikels. Vele eretitels, waaronder ‘American Mermaid’ en ‘The Queen of Surf’. Over haar loopbaan als zwemkampioen zijn weinig consistente gegevens te vinden: sommige bronnen melden dat ze excelleerde in de vlinderslag, anderen beweren weer dat juist de schoolslag en vrije slag haar sterkste nummers waren. Zeker is dat MGM haar niet als wedstrijdzwemster ontdekte, maar als ster van de zwemrevue Billy Rose’s Aquacade. Debuteerde in de korte oorlogspropagandafilm Inflation (Cy Endfield, 1942). Daarna uitgeprobeerd tegenover Mickey Rooney in Andy Hardy’s Double Life (George B. Seitz, 1942) en tegenover Van Johnson in A Guy Named Joe (Victor Fleming, 1943). Haar eerste extravaganza in badpak was Bathing Beauty (George Sidney, 1944), waarvoor komiek Red Skelton nog bovenaan het affiche stond. Het werd een megahit, ook in het precommunistische China.

Daarna in Thrill of a Romance (Richard Thorpe, 1945), de waterballetscène in The Ziegfeld Follies (Merrill Pye, 1945), de grotendeels droge titels The Hoodlum Saint (Norman Taurog, 1946), Easy to Wed (Edward Buzzell, 1946) en Fiesta (eerste top-billing; Thorpe, 1947). Dan start de reeks films opgebouwd rond de watertrappende en synchroon zwemmende meermin van Hollywood: This Time for Keeps (Thorpe, 1947), On an Island with You/Romance in de Zuidzee (Thorpe, 1948), Neptune’s Daughter (Buzzell, 1949), Pagan Love Song/Het lied van de Zuidzee (Robert Alton, 1950),

als de door polio getroffen Australische zwemkampioen Annette Kellerman in Million Dollar Mermaid (Mervyn LeRoy, 1952), Dangerous When Wet (Charles Walters, 1953) en Easy to Love (Walters, 1953). Minder bekend is het feit dat Williams tussendoor ook niet-zwemfilms bleef maken. Zo was ze te zien tegenover Frank Sinatra en Gene Kelly in Take Me Out to the Ball Game (Busby Berkeley, 1949), Duchess of Idaho (Robert Z. Leonard, 1950), Texas Carnival (Walters, 1951), Skirts Ahoy!/Marva’s ahoy (Sidney Lanfield, 1952),

Jupiter’s Darling (Sidney, 1955), The Unguarded Moment (Harry Keller, 1956), Raw Wind in Eden (Richard Wilson, 1958) en The Big Show (James B. Clark, 1961). Laatste rol in de door haar toenmalige echtgenoot geregisseerde, zelden vertoonde Spaans-Amerikaanse coproductie La fuente mágica/La fuente milagrosa/Magic Fountain (Fernando Lamas, 1963). Na haar acteerloopbaan ging Williams in zaken, onder meer als verkoopster van zwembaden en campagnevoerster voor Republikeinse politici. Trachtte vergeefs via de rechter te verhinderen dat sommige beelden uit haar films hergebruikt werden in de MGM-compilatie That’s Entertainment! (Jack Haley jr., 1974).

Trad later als presentator op in That’s Entertainment! III (Bud Friedgen en Michael J. Sheridan, 1994). Moeder van tv-acteur Lorenzo Lamas.

01 juni 2013

Marc van Uchelen

42, Amsterdam. 1 juni, zelfdoding

 

Nederlands acteur, regisseur, scenarioschrijver en producent. Kwam met film in aanraking door als 15-jarige de hoofdrol te spelen van de jonge Anton Steenwijk in de met een Oscar bekroonde verfilming van Harry Mulisch’ De aanslag (Fons Rademakers, 1987).

Studeerde in 1996 af aan de Nederlandse Filmacademie als speelfilmregisseur met een hilarische parodie op de clichés in een Nederlandse film over de Tweede Wereldoorlog: Buenos Aires, Here We Come, voorafgegaan door de derdejaarsproductie Pisvingers (naar Roald Dahl; 1995). Eerder schreef en regisseerde hij samen met Fulco Lorenzo buiten school om twee opvallende korte films, de griezelfilm Bloody Mary (1992) en het surrealistisch en dialoogloze Ventimiglia (1995). Daarna regisseerde en schreef hij voor de reeks korte televisiefilms Novellen (NPS) een aflevering onder de titel Shit Happens (2001), zoals vaker met cameraman Menno Westendorp en editor Job ter Burg. Daarna regie en scenario van de tv-film www.eenzaam.nl (2002) in de reeks De nieuwe Lola’s (VPRO). Hij regisseerde, schreef en coproduceerde een lange speelfilm Webcam (2011), die slechts een nominale bioscoopuitbreng kreeg (167 bezoekers).

Ook regisseerde Van Uchelen verschillende reclamespots en speelde daar zelf soms in. Het grote publiek kende hem vooral door zijn hoofdrollen in films van Eddy Terstall, voor wie hij bijna een soort alter ego was: als voetballer in de greep van neonazi’s in Walhalla (1995), de voor een Gouden Kalf genomineerde rol van een zachtmoedige minnaar in Hufters & Hofdames (1997) en de directeur van een bureau dat betaalde vriendschap levert in Rent-a-Friend (2000).

Ook te zien, veelal in kleinere rollen, in Terug naar Oegstgeest (Theo van Gogh, 1987), Spelen of sterven (Frank Krom, 1990), de Lolamoviola (VPRO) Duister licht (top-billed; Martin Koolhoven. 1997), de eindexamenfilm Weekend (Nanouk Leopold, 1998), Babylon (Terstall, 1998), Lolamoviola: Benidorm (Jaap van Eyck, 1999), De boekverfilming (Terstall, 1999), Jezus is een Palestijn (Lodewijk Crijns, 1999), de korte film Afrekenen (Marcel Visbeen, 2002), Lolamoviola: Landje (Danyael Sugawara, 2007), Sextet (Terstall, 2007), de korte film Wie helpt mij nu nog? (Tim Klok, 2007), de One Night Stand (NPS) Liefde, dank je wel (Sugawara, 2008), de studentenfilm (HKU) Summertime (top-billed; Léonie de Boer en Sia Hermanides, 2009), de tv-serie Floor Faber (Anne de Clercq en Barbara Bredero, 2009), Als je verliefd wordt (Hans Scheepmaker, 2012) en de tv-film Joey’s eerste gevecht (Dave Schram, 2012). Laatste grote hoofdrol in De Nobelprijswinnaar (Timo Veltkamp, 2010). Getrouwd met actrice Lies Visschedijk.

Phil van der Linden

72, Amsterdam. 1 juni, na een lange ziekte

 

Nederlands filmdistributeur en –producent, voluit Maria Hubertina Philomena van der Linden. Richtte begin jaren 70 samen met Nicolaine den Breejen het Feministisch Filmkollektief Cinemien op, dat aanvankelijk vanuit het Vrouwenhuis aan de Amsterdamse Nieuwe Herengracht de tweede feministische golf van relevante films op 16mm voorzag. Samen met Fugitive Cinema. Cineclub en later Film International vormde Cinemien de basis van het Vrije Circuit dat de zogeheten ‘filmhuizen’ (later  ‘filmtheaters’) bediende en zo een alternatief ging betekenen voor het exclusieve onderlinge handelsverkeer van de leden van de Nederlandse Bioscoopbond, een tot dan toe monopolistisch kartel. Van der Linden en Den Breejen bleven gezamenlijk veertig jaar leiding geven aan Cinemien en videodistributeur Homescreen, later ABC-Cinemien en ABC-Distribution: het langste continu bestaande onafhankelijke filmdistributiebedrijf, dat pal bleef staan voor onversneden kwaliteit en allengs eerder cinefiel dan feministisch genoemd kon worden.

Cinemien deed niet aan sandwichformules, aan pakketten of films die niet zo goed waren, maar misschien wel geld in het laatje konden brengen. Alleen doelgroepenfilms op het terrein van spiritualiteit, boeddhisme of mindfulness dienden incidenteel als een aanvullende inkomstenbron. Ook na het opgaan in de opvolger van de Bioscoopbond, de Nederlandse Federatie voor de Cinematografie (NFC), het verdwijnen van de scheidslijnen tussen bioscoop en ‘filmtheater’ en het verlies van een structurele rijkssubsidie voor het uitbrengen van artistiek waardevolle films, bleven Van der Linden en Den Breejen hun oude idealen trouw. In hun gelijkwaardige, hechte samenwerking was Van der Linden intern de bijna charismatische leider van de organisatie, terwijl Den Breejen vooral het gezicht naar buiten vormde.

ABC exploiteerde een arthousebioscoop in Antwerpen, maar de droom van een eigen filmtheater in Amsterdam, het zogeheten Cineship, werd nooit realiteit. Cinemien was ook loyaal aan een aantal filmauteurs, die ze in meerdere of mindere mate in Nederland introduceerden, zoals Michael Haneke, Jane Campion, Sally Potter, Helke Sander, Márta Mészáros en vele andere al dan niet vrouwelijke regisseurs.

Af en toe trad Van der Linden onder de naam DD Filmprodukties of The Film Company op als (co)producent van films, zoals de documentaire over vrouwenarbeid in de Derde Wereld Het kortste eind/The Wrong End of the Rope(Carla Risseeuw, Amara Amerasinghe, 1985),

het docudrama over seksueel misbruik Gezocht: lieve vader en moeder (Sarah Marijnissen en Agna Rudolph, 1987), de korte kleianimaties Schoon genoeg (Ellen Meske, 1988), het documentaire tweeluik over vrouwen op de Antillen Een ongeschreven geschiedenis (Jeanne Wikler, 1988), de Indiase speelfilm Wara mendel/Dance of the Wind (Rajan Khosa, 1997) en de Turks-Duitse speelfilm Günese yolculuk/Journey to the Sun (Yesim Ustaoglu, 1999).