31 december 2012

Yang Teng-kwei

74, Taipei, 31 december,  beroerte

 

Taiwanees filmproducent. Tekende voor enkele van de grootste successen van regisseur Hou Hsiao-hsien, zoals Gouden Leeuwwinaar A City of Sadness/Bei qing cheng shi (1989), Goodbye, South, Goodbye/Nan guo zai jian, nan  guo (1998) en Flowers of Shanghai/Hai shang hua (1998).

Eigenaar van een succesvol concertgebouw in de zuidelijke havenstad Kaohsiung begon in de jaren 80 films te produceren, zoals Big Brother/Jiao xiong (Cheng Kang, 1981), Fong Sai Yuk (met Jet Li; Corey Yuen, 1993), Red Rose White Rose/Hong mei gui bai mei gui (Stanley Kwan, 1994) en High Risk/Shu dan longwei (Wong Jing en Lam Wai-Lun, 1995). Bracht drie jaar (1985-88) in de gevangenis door na te zijn veroordeeld voor banden met de georganiseerde misdaad. Richtte in 2011 de grote maatschappij Polyface Entertainment Media Group op, die onder meer The Gullotines (Andy Lau, 2012) financierde.

Jean-Henri Roger

63, Parijs, 31 december, hartaanval

 

Frans regisseur, scenarioschrijver, gelegenheidsacteur en filmdocent, professor aan de Parijse filmschool FEMIS en de universiteit van Parijs-8 Saint-Denis. Regisseerde en schreef twee zeer goed ontvangen films samen met actrice Juliet Berto, beide gesitueerd in het drugsmilieu: Neige (competitie Cannes 1981) en Cap Canaille (competitie Berlijn 1983), en daarna alleen Lulu (2002) en Code 68 (2005).

Begon als medewerker van Jean-Luc Godard, medeoprichter van de filmcollectieven Cinélutte en ‘Dziga Vertov’. Co-regisseerde in die tijd de documentaires Pravda (met het Vertov-collectief; 1970) en British Sounds (met Godard, 1971). Speelde rolletjes in L’affaire Marcorelle (Serge le Péron, 2000), Éloge de l’amour (Godard, 2001), twee delen van het drieluik van Lucas Belvaux uit 2003, Cavale en Après la vie, en vervolgens in Bamako (Abderrahmane Sissako, 2006) en Les neiges du Kilimandjaro (Robert Guédiguian, 2011).

30 december 2012

Mike Hopkins

53, rivier Waiohiune in nationaal park Tararua, 30 december, gevolgen ongeluk bij rafting

 

Nieuw-Zeelands geluidsman, bijnaam: Hoppy. Won twee Oscars voor geluidsmontage, voor The Lord of the Rings: The Two Towers (Peter Jackson, 2002) en King Kong (Jackson, 2005). Oscarnominatie voor Transformers (Michael Bay, 2007). Alle drie nominaties ontving Jackson samen met Ethan Van der Ryn.

Geluidsontwerp voor de vroege horrorpastiche Braindead (Jackson, 1992). Begonnen in geluidsmontage bij The Bounty (Roger Donaldson, 1984). Sneed ook geluid voor Crush (Alison MacLean, 1992), Heavenly Creatures (Jackson, 1994), The Frighteners (Jackson, 1996), What Becomes of the Broken Hearted? (Ian Mune, 1999), The Lord of the Rings: The Fellowship of the Ring (Jackson, 2001), The Lord of the Rings: The Return of the King (Jackson, 2003), Kung Fu Panda (Mark Osborne en John Stevenson, 2008), Valkyrie (Bryan Singer, 2008) en Public Enemies (Michael Mann, 2009).

29 december 2012

Paulo Rocha

77, Porto, 29 december, doodsoorzaak onbekend

 

Portugees regisseur. Opgeleid aan de IDHEC in Parijs, een van de oprichters van de Cine-Clube de Lisboa. Zei vooral te zijn beïnvloed door het keer op keer bekijken van films van Jean Renoir en Kenji Mizoguchi. Zijn in Japan opgenomen A Ilha dos amores (1982) nam deel aan de competitie in Cannes. Debuutfilm: Os verdes anos (1963). Voorts Mudar de vida (1966), O desejado/Les montagnes de la lune (competitie Venetië; 1987), O Rio de Ouro (1998), A raiz do coraçao/La racine du coeur (competitie Locarno; 2000), Vanitas (2004) en Olhos vermelhos (2011). Schreef en produceerde veel van zijn eigen films, werkte veel met acteur Luis Miguel Cintra. Speelde zelf in enkele films van zijn stadgenoot en leermeester Manoel de Oliveira, zoals Francisca (1981) en Le soulier de satin (1985), maar ook in O fio do horizonte (Fernando Lopes, 1993) en Rasganço (Raquel Freire, 2001).

28 december 2012

Jon Finch

70, Hastings, gevonden op 28 december, natuurlijke dood

Engels acteur. Wees het aanbod af om Sean Connery op te volgen als James Bond, waarna de hoofdrol van Live and Let Die (Guy Hamilton, 1973) naar Roger Moore ging. In die periode was Finch even een uiterst populair filmacteur, dankzij de titelrol in Macbeth/The Tragedy of Macbeth (Roman Polanski, 1971) en de hoofdrol van een ten onrechte veroordeelde in Frenzy (Alfred Hitchcock, 1972). Bankierszoon en parachutist maakte zijn filmdebuut in de Hammerproductie The Vampire Lovers (Roy Ward Baker, 1970). Daarna in The Horror of Frankenstein (Jimmy Sangster, 1970), een klein rolletje tegenover naamgenoot Peter Finch in Sunday Bloody Sunday (John Schlesinger, 1971),

als echtgenoot van Sarah Miles in Lady Caroline Lamb (Robert Bolt, 1973), top-billed in The Final Programme (Robert Fuest, 1973), top-billed tegenover Christopher Lee in Diagnosis: Murder (Sidney Hayers, 1975), tegenover Sylvia Kristel in Une femme fidèle (Roger Vadim, 1976), Death on the Nile (John Guillermin, 1978), La Sabina (José Luis Borau, 1979), Breaking Glass (Brian Gibson, 1980), Gary Cooper, que estás en los cielos (Pilar Miró, 1980), top-billed als Adrian Leverkühn in Doktor Faustus (Franz Seitz, 1982), tegenover Glenda Jackson in Giro City (Karl Francis, 1982), top-billed in de horrorproductie Lurking Fear (C. Courtney Joyner, 1994), Anazapta (Alberto Sciamma, 2002) en Kingdom of Heaven (Ridley Scott, 2005). Werd op het laatste moment wegens ziekte vervangen door John Hurt in Alien (Scott, 1979). Getrouwd geweest met actrice Catriona MacColl.

27 december 2012

Harry Carey Jr.

91, Santa Barbara, 27 december, ouderdom

 

Amerikaans filmacteur. Zoon van westernacteur Harry Carey en actrice Olive Fuller Golden. Bijnaam: Dobe, wegens rood haar (‘adobe’). Praktisch opgegroeid op de sets van John Ford en John Wayne, maakte junior toch pas zijn filmdebuut na zes jaar in de marine en een korte zangcarrière, op z’n 25ste in Pursued/De wrekende hand (Raoul Walsh, 1947). Voor het eerst opvallend in Red River (Howard Hawks, 1948), sleutelrol in 3 Godfathers (ook als zanger; Ford, 1948), opgedragen aan de nagedachtenis van zijn vader. Werd vaste bijrolacteur in films met Wayne:  She Wore a Yellow Ribbon/De heldhaftige stormloop (Ford, 1949),  Rio Grande (Ford, 1950), Island in the Sky/De witte hel (William A. Wellman, 1953), The Searchers (Ford, 1956). The Undefeated (Andrew V. McLaglen, 1969), Big Jake (George Sherman, 1971) en Cahill U.S. Marshal (McLaglen, 1973).

Voorts in films als Moonrise (Frank Borzage, 1948), Wagon Master (ook vertolker titelsong; Ford, 1950),

Copper Canyon (John Farrow, 1950), Warpath (Byron Haskin, 1951), The Wild Blue Yonder (Allan Dwan, 1951), San Antone (Joseph Kane, 1953), Sweethearts on Parade (Dwan, 1953), Beneath the 12-Mile Reef (Robert D. Webb, 1953), Silver Lode/Amok in Silver Lode (Dwan, 1954), The Outcast (William Witney, 1954), als de jonge Dwight Eisenhower in The Long Gray Line (Ford, 1955), Mister Roberts (Ford en Mervyn LeRoy, 1955), Gun the Man Down (McLaglen, 1956), 7th Cavalry (Joseph H. Lewis, 1956),  The Great Locomotive Chase (Francis D. Lyon, 1956), The River’s Edge (Dwan, 1957), From Hell to Texas (Henry Hathaway, 1958), Escort West (Lyon, 1958), The Great Impostor (Robert Mulligan, 1961), Two Rode Together (Ford, 1961), Shenandoah (McLaglen, 1965), The Rare Breed (McLaglen, 1966), Billy the Kid vs. Dracula (William Beaudine, 1966), Alvarez Kelly (Edward Dmytryk, 1966), The Ballad of Josie (McLaglen, 1967), The Way West (McLaglen, 1967), The Devil’s Brigade (McLaglen, 1968), Bandolero! (McLaglen, 1968), Death of a Gunfighter (Don Siegel en Robert Totten, 1969), The Moonshine War (Richard Quine, 1970), Dirty Dingus Magee/Die vervloekte Dunges Magee (Burt Kennedy, 1970), One More Train to Rob (McLaglen, 1971), …continuavano a chiamarlo Trinità/Trinity Is Still My Name/De vier vuisten van de duivel (Enzo Barboni alias E.B. Clucher, 1971), Something Big (McLaglen, 1971), E poi lo chiamarono il magnifico/Man of the East (Barboni, 1972),

Run, Cougar, Run (Jerome Courtland, 1972), Take a Hard Ride/La lunga cavalcata (Antonio Margheriti alias Anthony M. Dawson, 1975), Nickelodeon (Peter Bogdanovich, 1976), The Long Riders (Walter Hill, 1980), Endangered Species (Alan Rudolph, 1982), Gremlins (Joe Dante, 1984), Mask (Bogdanovich, 1985), Crossroads (Hill, 1986), The Whales of August (Lindsay Anderson, 1987), Cherry 2000 (Steve De Jarnatt, 1987), Illegally Yours (Bogdanovich, 1988), Breaking In (Bill Forsyth, 1989), The Exorcist III (William Peter Blatty, 1990), Back to the Future Part III (Robert Zemeckis, 1990), Tombstone (George P. Cosmatos, 1993) en The Sunchaser (Michael Cimino, 1996). Spreker en gastheer in talloze documentaires en televisiehommages.

26 december 2012

Han van Gelder

89, Wolvega, 26 december, doodsoorzaak onbekend

 

Nederlands filmregisseur en -producent, trucagespecialist, animator en (strip)tekenaar, voluit Johan Adriaan van Gelder. Oscarnominatie voor Adventures in Perception/Met het oog op avontuur (1971), de door hem geproduceerde en geregisseerde korte documentaire over tekenaar M.C. Escher, in opdracht van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Na te hebben samengewerkt aan verschillende uitgaven  met striptekenaar Hans G. Kresse vanaf 1947 in dienst bij de studio van Marten Toonder, waar hij aan tekenfilms bijdroeg. Daarna even (1949-51) overgestapt naar Dollywood van Joop Geesink, als maker van special effects bij poppenfilms. Terug bij Toonder als animatie-assistent, bijvoorbeeld bij The Golden Fish (Harold Mack, 1952). Zette in 1953 een afdeling van Toonder op, samen met diens broer Jan Gerhard Toonder, voor ‘tabletop’, een goedkopere animatievariant, waarin miniaturen niet beeld voor beeld veranderd hoeven te worden.  Het leidde tot korte films als Globobbo (1952), The Conquered Planet (1953) en Suite Tempirouette (1954) en de veelgeprezen reclamefilm K3 (1958). Verzorgde special effects voor de Shell-documentaire The Rival World/Strijd zonder einde (Bert Haanstra, 1955) en het met een Zilveren Beer bekroonde De lage landen (George Sluizer, 1961). Live-action regiedebuut met de Toonder-documentaire Blijdorp, oase van rust in een wereldstad (1958). Regisseerde vele opdrachtfilms, vanaf 1962 ook als zelfstandig producent: onder veel meer voor Shell Paleontologie, schakel met het verleden (1959), voor rederij Van Ommeren Wijd en zijd (1964) en voor verschillende departementen Onder de vloedlijn (1982). Volgens sommige bronnen zou Geesink het “asjemenou!” van STER-mascotte Loeki de Leeuw hebben ontleend aan Van Gelders stopwoordje.

Gerry Anderson

83, Henley on Thames (Oxfordshire), 26 december, ziekte van Alzheimer

 

Engels regisseur, scenarioschrijver en producent, geboren als Gerald Alexander Abrahams. Geestelijk vader van de nog steeds grote cultstatus genietende poppenserie Thunderbirds (1965-66), die ook leidde tot de bioscoopfilms Thunderbirds Are Go (David Lane, 1966) en Thunderbird 6 (Lane, 1968). Anderson bedacht de serie met en liet de karakters ontwikkelen door zijn toenmalige echtgenote Sylvia (Thamm) Anderson, die ook haar stem verleende aan het tot de verbeelding sprekende personage Lady Penelope. Tot hun overige tv-series behoren The Adventures of Twizzle (1957-59) en het ook door de VARA uitgezonden Four Feathers Falls/Vier veren waterval (1960). Ook regisseerde en produceerde Anderson de middellange misdaadfilm Crossroads to Crime (1960). Tevens schreven en produceerden de Andersons de sciencefictionfilm Doppelgänger/Journey to the Far Side from the Sun (Robert Parrish, 1969). Begin jaren 70 vroeg producent Harry Saltzman aan Anderson om de volgende James Bond-film te produceren en te schrijven. Het project Moonraker strandde, maar in The Spy Who Loved Me (Lewis Gilbert, 1977) kwam veel materiaal van Anderson terecht, zo oordeelde de rechter, die de producenten dwong tot betaling van een symbolische vergoeding van 3000 pond. In de film Moonraker (Gilbert, 1979) ontbrak de hand van Anderson.

24 december 2012

Charles Durning

89, New York, 24 december, natuurlijke dood

 

Amerikaans acteur. D-dayveteraan en voormalig profbokser maakte pas na zijn veertigste filmdebuut. Vaak te zien als corrupte politieman of bullebak, maar ook in veel komische rollen. Speelde de Kerstman in vijf verschillende televisieproducties. Twee Oscarnominaties voor bijrollen, in The Best Little Whorehouse in Texas (Colin Higgins, 1982) en de remake van To Be or Not to Be (Alan Johnson, 1983).

Won een Tony voor de rol van Big Daddy in een theaterreprise van Cat on a Hot Tin Roof (1990).  Veel televisie, negen Emmy-nominaties. In films als Harvey Middleman, Fireman (Ernest Pintoff, 1965), top-billed als ‘Charles Durnham’ tegenover Robert De Niro in Hi, Mom! (Brian De Palma, 1970), I Walk the Line/De sheriff (John Frankenheimer, 1970), Sisters (De Palma, 1973), The Sting (George Roy Hill, 1973), de remake van The Front Page (Billy Wilder, 1974), Dog Day Afternoon (Sidney Lumet, 1975), Breakheart Pass (Tom Gries, 1975), The Hindenburg (Robert Wise, 1975), Harry and Walter Go to New York (Mark Rydell, 1976), als president in Twilight’s Last Gleaming (Robert Aldrich, 1977),

The Choirboys (Aldrich, 1977), The Fury (De Palma, 1978), Ibsens An Enemy of the People (George Schaefer, 1978), The Greek Tycoon (J. Lee Thompson, 1978), The Muppet Movie (James Frawley, 1979), als de coach in North Dallas Forty (Ted Kotcheff. 1979), Starting Over (Alan J. Pakula, 1979), When a Stranger Calls (Fred Walton, 1979), de tv-film over de gevangenisopstand in Attica (Marvin J. Chomsky, 1980), The Final Countdown (Don Taylor, 1980), True Confessions (Ulu Grosbard, 1981), Sharky’s Machine (Burt Reynolds, 1981), Tootsie (Sydney Pollack, 1982), tegenover John Travolta en Olivia Newton-John in Two of a Kind (John Herzfeld, 1983), als bisschop in Mass Appeal (Glenn Jordan, 1984), Stick (Reynolds, 1985), The Man with One Red Shoe (Stan Dragoti, 1985), Death of a Salesman (Volker Schlöndorff, 1985), top-billed tegenover Pam Grier in Stand Alone (Alan Beattie, 1985),

Big Trouble (John Cassavetes, 1986), top-billed als missionaris in Where the River Runs Black (Christopher Cain, 1986), Tough Guys (Jeff Kanew, 1986), The Rosary Murders (Walton, 1987), Happy New Year (John G. Avildsen, 1987), als paus Johannes XXIII in de tv-film I Would Be Called John (Charles Jarrott, 1987), Cop (James B. Harris, 1988), Far North (Sam Shepard, 1988), Dick Tracy (Warren Beatty, 1990), V. I. Warshawski (Kanew, 1991), The Music of Chance (Philip Haas, 1993), in de titelrol van The Hudsucker Proxy (Joel en Ethan Coen, 1994), I.Q. (Fred Schepisi, 1994), The Last Supper (Stacy Title, 1995), The Grass Harp (Charles Matthau, 1995), Home for the Holidays (Jodie Foster, 1995), Spy Hard (Rick Friedberg, 1996), One Fine Day (Michael Hoffman, 1996), top-billed in Lakeboat (Joe Mantegna, 2000), O Brother, Where Art Thou? (Coen, 2000), als de burgemeester in State and Main (David Mamet, 2000), Good Dick (Marianna Palka, 2008) en Deal (Gil Cates Jr., 2008).

Sir Richard Rodney Bennett

76, New York, 24 december, natuurlijke dood

Engels componist, woonde sinds 1979 in New York. Student en docent aan de Londense Royal Academy of Music, was zowel jazzpianist en zanger van torch songs als leerling van Pierre Boulez in seriële composities. Schreef onder veel meer (opera’s, symfonieën, cantates) ook filmmuziek. Drie Oscarnominaties, alle voor kostuumfilms: Far from the Madding Crowd (John Schlesinger, 1967), Nicholas and Alexandra (Franklin J. Schaffner, 1971) en Murder on the Orient Express (Sydney Lumet, 1974).

Schreef voorts scores voor onder meer Interpol (John Gilling, 1957), The Safecracker (Ray Milland, 1958), Indiscreet (Stanley Donen, 1958), The Man Inside (Gilling, 1958), The Man Who Could Cheat Death (Terence Fisher, 1959), The Angry Hills (Robert Adrich, 1959), The Devil’s Disciple (Guy Hamilton, 1959), Blind Date (Joseph Losey, 1959), The Mark (Guy Green, 1961), de Peter Sellerskomedies Only Two Can Play (Sidney Gilliat, 1962), The Wrong Arm of the Law (Cliff Owen, 1963) en Heavens Above! (John en Roy Boulting, 1963), Satan Never Sleeps (Leo McCarey, 1962), Billy Liar (Schlesinger, 1963), One Way Pendulum (Peter Yates, 1964), The Nanny (Seth Holt, 1965), The Witches (Cyril Frankel, 1966), Billion Dollar Brain (Ken Russell, 1967), Secret Ceremony (Losey, 1968), Figures in a Landscape (Losey, 1970),

Lady Caroline Lamb (Robert Bolt, 1973), Voices (Kevin Billington, 1973), Permission to Kill/The Executioner (Frankel, 1975), L’imprécateur (Jean-Louis Bertuccelli, 1977), Equus (Lumet, 1977), The Brink’s Job (William Friedkin, 1978), Yanks (Schlesinger, 1979), The Return of the Soldier (Alan Bridges, 1982), Enchanted April (Mike Newell, 1991), en Four Weddings and a Funeral (Newell, 1994). Sommige van zijn scores werden uiteindelijk niet gebruikt in de film en vervangen door andermans muziek, bijvoorbeeld van Michel Legrand in The Go-Between (Losey, 1970) en van Carter Burwell in Before the Devil Knows You’re Dead (Lumet, 2007). In 1998 tot ridder geslagen.

Jack Klugman

90, Woodland Hills CA, 24 december, prostaatkanker

 

Amerikaans acteur. Laatste overlevende van 12 Angry Men (Sidney Lumet, 1957), waarin hij jurylid nr. 5 speelde. Vertolkte vaak onopvallende ‘gewone mannen’. Bleef na glansperiode in de ‘Golden Age of Live Television’ het medium trouw en won drie keer een Emmy. In films als Grubstake/Apache Gold (Larry Buchanan, 1952), Time Table (Mark Stevens, 1956), Cry Terror! (Andrew L. Stone, 1958), Days of Wine and Roses (Blake Edwards, 1962), I Could Go on Singing (met Judy Garland; Ronald Neame, 1963), The Yellow Canary (met Pat Boone; Buzz Kulik, 1963), Act One (Dore Schary, 1963), tegenover Eddie Constantine in Je vous salue, mafia! (Raoul Lévy, 1965), tegenover Frank Sinatra in The Detective (Gordon Douglas, 1965), The Split (Gordon Flemyng, 1968), de verfilming van Philip Roths Goodbye, Columbus (Larry Peerce, 1969), Two-Minute Warning (Peerce, 1976), Dear God (Garry Marshall, 1996), When Do We Eat? (Salvador Litvak, 2005) en Camera Obscura (Drew Dauwalt, 2010).

22 december 2012

Emidio Greco

74, Rome, 22 december, natuurlijke dood

 

Italiaans regisseur en scenarioschrijver. Tekende voor zeven lange speelfilms, te beginnen met L’invenzione di Morel (1974), een goed ontvangen verfilming van een Argentijnse surrealistische roman van Adolfo Bioy Casares. Voorts Ehrengard (naar Karin Blixen; 1982), het in Venetië in competitie vertoonde Una storia semplice (naar Leonardo Sciascia; 1991), de thriller met Giancarlo Giannini Milonga (1999), Il consiglio di Egitto (naar Sciascia; 2002), L’uomo privato (2007) en Notizie degli scavi (2010). Schreef voor alle films zelf het scenario.

20 december 2012

Tob de Bordes

85, Epse, 20 december, doodsoorzaak onbekend

 

Nederlands acteur en voordrachtskunstenaar, voluit Tobie Constantin de Bordes. Telg uit patriciërsgeslacht deed in 1950 eindexamen aan de Amsterdamse toneelschool. Speelde volkstoneel, maar trad vooral op als voordrachtskunstenaar, met name in de rol van Hans Christiaan Andersen of bij voorstellingen aan huis in zijn eigen villa. Speelde de hoofdrol in de eindexamenfilm Tussen de regels (Dave Schram, 1981). Ook te zien als psycholoog in Flodder (Dick Maas, 1986) en in de tv-film Een vlieger voor God (Jonne Severijn, 1981). Hoofdpersoon van de korte documentaire Tob de Bordes de solist (Hans Pos, 1984).

19 december 2012

Paul Crauchet

92, Rocbaron (dep. Var), 19 december, natuurlijke dood

 

Frans acteur. Veelal in bijrollen, als sympathieke boer of handwerksman met zuidelijk accent, die indruk maakte in vaderrollen, in de tv-serie La maison des bois (Maurice Pialat, 1971), Bof…anatomie d’un livreur (Claude Faraldo, 1971) en Félicité (Christine Pascal, 1979), alsmede in misdaadfilms van Jean-Pierre Melville:  L’armée des ombres (1969), Le cercle rouge (1970), Un flic (1972).

Lange en veelzijdige filmografie, begonnen met figuratie als joodse passagier in Maître après Dieu/Schipper naast God (Louis Daquin, 1950). Onder veel meer in Le signe du lion (Eric Rohmer, 1959), La guerre des boutons (Yves Robert, 1962), La guerre est finie (Alain Resnais, 1966), Les grandes gueules (Robert Enrico, 1966), als priester in Paris brûle-t-il?/Is Paris Burning (René Clément, 1966), Ho! (Enrico, 1968), La piscine (Jacques Deray, 1969),  Dernier domicile connu (José Giovanni, 1970), Les mariés de l’an II (Jean-Paul Rappeneau, 1971), Sans mobile apparent (Philippe Labro, 1971), L’affaire Dominici (Claude Bernard-Aubert, 1973), Les granges brûlées (Jean Chapot, 1973), als de zatladder in Pas si méchant que ça (Claude Goretta, 1975), Flic Story (Deray, 1975), Un papillon sur l’épaule (Deray, 1978), To Kill a Priest/Le complot (Agnieszka Holland, 1988), als vlinderman in het tweeluik La gloire de mon père/Le château de ma mère (Robert, 1990), La putain du roi/The King’s Whore (Axel Corti, 1990), Faut-il aimer Mathilde? (Edwin Baily, 1993), La belle Verte (Coline Serreau, 1996), als priester in Le fils de l’épicier (Eric Guirado, 2007) en Les herbes folles (Resnais, 2009). Sloot zijn acteerloopbaan af als de paus in de tv-film La très excellente et divertissante histoire de François Rabelais (Hervé Baslé, 2010).

Diane Lensink

62, Amsterdam, 19 december, kanker

 

Nederlands actrice, dochter van het acteursechtpaar Ton Lensink en Henny Orri. Studeerde in 1974 af aan de Amsterdamse toneelschool,, daarna enige tijd bij toneelgezelschap Globe. Op tv onder meer in de televisiefilm Voorbij, voorbij (Paul Verhoeven, 1979) en de serie Bij nader inzien (Frans Weisz, 1991). Kleine rollen in enkele speelfilms: Het verboden bacchanaal (Wim Verstappen, 1981), An Bloem (Peter Oosthoek, 1983), De Anna (Erik van Zuylen, 1983), De stille oceaan (Digna Sinke, 1984), De schorpioen (Ben Verbong, 1984) en Spelen of sterven (Frank Krom, 1990). Besteedde de laatste jaren als gastvrouw in een gastenverblijf met restaurant in Italië. Was getrouwd met acteur Wim van der Grijn, moeder van acteur Matteo van der Grijn.

13 december 2012

Otto Ketting

77, Den Haag, 13 december, na een kort ziekbed

 

Nederlands componist en dirigent. Zoon van componist Piet Ketting. Studeerde trompet en compositie aan het Haagse conservatorium. Schreef naast kamer- en balletmuziek, symfonieën, balletten en werk voor harmonie en fanfare ook twee opera’s, Dummies (1974) en Ithaka (met een libretto van filmmaker Kees Hin; 1986). Productief componist van filmmuziek, te beginnen met de bioscoopdocumentaire Alleman (Bert Haanstra, 1964), gevolgd door de korte Shell-documentaire The River Must Live (Alan Pendry, 1966), de opdrachtfilm Gas voor Muggenbeet (Hin, 1970), Er zijn nog Zeeuwen (Hin, 1972), Bij de beesten af (Haanstra, 1972), Den Biesbos (Hin, 1973), zijn eerste speelfilm Dokter Pulder zaait papavers (Haanstra, 1975),

Het archief (Hin, 1979), Grootstad (Hin, 1980), Het theater van het geheugen (Hin, 1982), de speelfilms De Anna (Erik van Zuylen, 1983), De provincie (Jan Bosdriesz, 1991) en Het schaduwrijk (Hin, 1993), alsmede Cinéma Invisible – Het Boek (Hin, 2005). Zijn compositie Time Machine vormde de inspiratie voor een gelijknamige korte film in de serie Hexagon (Van Zuylen, 1994). Coscenarist van de lange documentaire De laatste reis (Hin, 1987) over componist Matthijs Vermeulen. Zwager van filmcomponist Rogier van Otterloo.

12 december 2012

Don Medford

95, West Hills CA, 12 december, natuurlijke dood

 

Amerikaans televisie- en filmregisseur, pseudoniem van Donald Frederick Muller. Buitengewoon productief als regisseur van tv-series tussen 1953 en 1989, onder veel meer afleveringen van Dr. Kildare, The Twilight Zone, The Fugitive, Dynasty, Baretta. Regisseerde drie bioscoopfilms: To Trap a Spy (1964) dat eigenlijk een gehermonteerde pilot was van de serie The Man from U.N.C.L.E., en daarna kort na elkaar de western The Hunting Party (met Oliver Reed, Candice Bergen en Gene Hackman; 1971) en The Organization (met Sidney Poitier als inspecteur Tibbs; 1971), de tweede sequel van In the Heat of the Night (Norman Jewison, 1967). Specialist in overdag opgenomen nachtscènes (day for night).

11 december 2012

Galina (Pavlovna) Visjnevskaja

86, Moskou, 11 december, doodsoorzaak onbekend

 

Russische sopraan en gelegenheidsactrice. Geboren als Galina Ivanova, behield de achternaam van haar eerste man tijdens het beleg van Leningrad, marineofficier Georgi Visjnevski. Sinds 1952 solist van het Bolsjoitheater, een van de grote operazangeressen van de Sovjet-Unie, bevriend met componist Dimitri Sjostakovitsj en schrijver Aleksandr Solzjenitsyn. Benjamin Britten schreef in 1962 zijn War Requiem met Visjnevskaja in gedachten.

Verliet in 1974 met haar echtgenoot, cellist Mstislav Rostropovitsj, als toonaangevende dissident, het vaderland en vestigde zich in Parijs en New York. Na de val van de Sovjet-Unie (1990) herstelde Gorbatsjov het  staatsburgerschap dat Brezjnev hun in 1978 ontnomen had. Opende in 2002 haar eigen operacentrum in Moskou. Filmregisseur Aleksandr Sokoerov maakte de documentaire Elegija zjizni, Rostropovitsj, Visjnevskaja (2006) een jaar voor de dood van de cellist. Daarna speelde zij de hoofdrol in de speelfilm Aleksandra (Sokoerov, 2007) als een oude vrouw die haar kleinzoon bezoekt in de Tweede Tsjetsjeense Oorlog. Eerder te zien in de verfilming van Sjostakovitsj’ opera Lady Macbeth uit het district Mtsensk als Katerina Izmailova (Michaïl Sjapiro, 1967)

en met Rostropovitsj in de verfilming van Aleksandr Ostrovski’s toneelstuk Provintsjalnyj benefis/Provincial Benefits (Aleksandr Belinski, 1993). Publiceerde memoires als Galina, A Russian Story (1984) .

Ravi Shankar

92, La Jolla CA, 11 december, complicaties bij hartoperatie

 

Indiaas sitarspeler en componist, eigenlijk Robindro Shaunkor Chowdhury, ook bekend als pandit Ravishankar. Won een Zilveren Beer voor zijn muziek bij de verfilming van Rabindranath Tagores vehaal Kabuliwala/De man uit Kabul (Tapan Sinha, 1957) en kreeg een Oscarnominatie voor de soundtrack van Gandhi (samen met George Fenton; Richard Attenborough, 1982).

Sloeg door zijn vriendschap en samenwerking met George Harrison en de andere Beatles een brug tussen traditionele Indiase muziek en westerse pop. Was te zien in muziekdocumentaires als Monterey Pop (D.A. Pennebaker, 1968), The Concert for Bangladesh (tevens initiatiefnemer; Saul Swimmer, 1972), Music (Andrew Zuckerman, 2010) en George Harrison: Living in the Material World (Martin Scorsese, 2011). Speelde rolletjes in de speelfilms Chappaqua (als zonnegod, tevens componist van de soundtrack; Conrad Rooks, 1966)  en de als productie uit Barbados gekenmerkte cricketfilm Hit for Six (Alison Saunders-Franklyn, 2007).

Componeerde originele muziek voor tientallen films, te beginnen met Dharti ke lal/Children of the Earth (Khwaja Ahmad Abbas, 1946). Werd beroemd door zijn soundtrack voor Satyajit Rays Bengaalse zogeheten Apu-trilogie: Pather Panchali (1955), The Unvanquished/Aparajito (1956) en The World of Apu/Apur sansar (1959). Schreef ook muziek voor de Canadese korte animatiefilm A Chairy Tale (Norman McLaren en Claude Jutra, 1957),

The Philosopher’s Stone/Parash pathar (Ray, 1958), de korte documentaire The Sword and the Flute (James Ivory, 1959), de Zweedse documentaire The Flute and the Arrow/En djungelsaga (Arne Sucksdorff, 1959), Anuradha (Hrishikesh Mukherjee, 1961), Charly (Ralph Nelson, 1968), de door Bert Haanstra geproduceerde korte film Niet genoeg (Wim van der Velde, 1968), Meera (Gulzar, 1979) en Genesis (Mrinal Sen, 1986). Vader van sitarspeler Anoushka Shankar en zangeres Norah Jones.

10 december 2012

Shoichi Ozawa

83, Tokio, 10 december, prostaatkanker

 

Japans acteur. Werkte vaak samen met regisseur Shohei Imamura, als een van de producenten van Eijanaika (1983) en acterend in diezelfde film plus Stolen Desire/Nusumareta yokujô (1958), Pigs and Battleships/Buta to gunkan (1961), The Insect Woman/Nippon konchûki (1963), Intentions of Murder/Akai satsui (1964), The Pornographers/Erogotoshi-tachi yori: Jinruigaku nyûmon (top-blled; 1966), Gouden Palmwinnaar The Ballad of Narayama/Narayama-bushi kô (1983), Black Rain/Kuroi ame (1989) en Gouden Palmwinnaar Unagi (1997).

Debuut in Hiroba no kodoku (Shin Saburi, 1953). Voorts onder meer in Suzaki Paradise Red Light/Suzakai Paradaisu: Akashingô (Yûzô Kawashima, 1956), Inn of the Floating Weeds/Ukigusa no yado (Seijun Suzuki, 1957), Young Breasts/Aoi chibusa (Suzuki, 1958), Aim at the Police Van/Sono gosôsha wo nerae: 'Jûsangô taihisen' yori (1960), Sleep of the Beast/Kemono no nemuri (Suzuki, 1960), Mikko Zero Line/Clandestine Zero Line (Suzuki, 1960), Tokyo Knight/Tokyo naito (Suzuki, 1961), Fresh Leaves/Wakai hito (Katsumi Nishikawa, 1962), The Graceful Brute/Shitoyakana kedamono (Kawashima, 1962), The Maid Story/Daidokoro taiheiki (Shirô Toyoda, 1963), Revenge/Adauchi (Tadashi Imai, 1964), Story of a Prostitute/Shunpu den (Suzuki, 1965), Pleasures of the Flesh/Etsuraku (Nagisa Ôshima, 1965), Silence Has No Wings/Tobenai chinmoku (Kazuo Kuroki, 1966), Love for an Idiot/Chijin no ai (Yasuzô Masumura, 1967),

Scrap Collectors/Sukurappu shûdan (top-billed; Tomotaka Tasaka, 1968), Outlaws/Buraikan (Masahiro Shinoda, 1970), Summer Soldiers/Samâ sorujâ (Hiroshi Teshigahara, 1972), The Boxer (Shûji Terayama, 1977), Gonza the Spearman/Yari no gonza (Shinoda, 1986) en OwlsCastle/Fukuro no shiro (Shinoda, 1999). Laatste filmrol in Big Mama/Kah-chan (Kon Ichikawa, 2001). Was ook radiopresentator, onderzoeker en verzamelaar van volkskunst en, onder het pseudoniem Hentetsu (‘anders dan anderen’ ), auteur van haiku’s.

Patricia Kennedy

96, Melbourne?, 10 december, natuurlijke dood

 

Australisch actrice. Vedette van theater, radio en televisie. Enkele filmrollen: The Office Picnic (Tom Cowan, 1972), The Getting of Wisdom (Bruce Beresford, 1978), My Brilliant Career (Gillian Armstrong, 1979), Departure (top-billed; Brian Kavanaugh, 1986), Country Life (Michael Blakemore, 1994) en Road to Nhill (Sie Brooks, 1997). Niet te verwarren met John F. Kennedy's zuster en Peter Lawfords schtgenote Patricia Kennedy Lawford (1924-2006).

06 december 2012

Pim Korver

75, Lauwersoog, 6 december, kanker

 

Nederlands cameraman en regisseur van bedrijfs- en opdrachtfilms. Maritiem specialist, ook voor items van het NOS Journaal, dat hij veertig jaar diende als cameracorrespondent in Rotterdam. Bekendste eigen film is March 6 1987 (1987) over de berging door Smit Tak van de veerboot Herald of Free Enterprise. Voorts onder veel meer Three in One (1981) over de berging van de Franse olietanker Betelgeuse, Mariniers vandaag (1981), Mont Louis (1985), Anna Broere (1989) en KNRM 175 jaar (1999). Het Nederlands Filmfestival wijdde in 1991 een klein retrospectief aan het werk van Korver. Ridder in de Orde van Oranje Nassau.

05 december 2012

Dave Brubeck

91, Norwalk CT, 5 december, hartfalen

 

Amerikaans jazzpianist en –componist. The Dave Brubeck Quartet nam in 1959 de wereldhit Take Five op, gecomponeerd door altsaxofonist Paul Desmond, met zijn merkwaardige vijfkwartsmaat een evergreen,  die figureert op talloze filmsoundtracks, zoals Heavy Traffic (Ralph Bakshi, 1973),  The Conversation (Francis Ford Coppola, 1974), Pleasantville (Gary Ross, 1998), Constantine (Francis Lawrence,  2005), Flawless (Michael Radford, 2007) en minimaal twee films van Woody Allen: Manhattan Murder Mystery (1993) en Mighty Aphrodite (1995). Voor slechts twee films componeerde Brubeck een originele soundtrack: de Canadese korte film Do Not Fold, Staple, Spindle or Mutilate (John Howe, 1967) en de Cannon-productie Agatha Christie’s Ordeal by Innocence (Desmond Davis, 1984). Hij is te zien en horen als pianist in de jazzfilm All Night Long (Basil Dearden, 1962) en treedt op in de tv-film The World of Benny Goodman (Eugene S. Jones, 1963), de biografische tv-documentaires Rediscovering Dave Brubeck (Cliff Hackel, 2001) en Dave Brubeck: In His Own Sweet Way (Bruce Ricker, 2010), alsmede de documentaires Die Martins-Passion (Irene Langemann, 2004), Wisdom (Andrew Zuckerman, 2008) en Music (Zuckerman, 2010).

Menno Mennes

66, Laren NH, 5 december, hartaanval

 

Nederlands cameraman en regisseur van documentaires. Sinds 1977 cameraman en veelal operator voor documentaires, opdrachtfilms en videoclips. Onder veel meer Hindoe- en moslimdoodsrituelen (Raymond Debats, 1982), Het rode testament (Cisca Mommenhoff, 1993), de EO-serie Tot de dood ons scheidt (2005-08) en De boer die zou gaan emigreren (Geertjan Lassche, 2008). Begon in 2007 onder de titel Holland Heritage een ambitieuze serie documentaires die het Nederlands erfgoed moest vastleggen, in afleveringen als Overzetveren, Oude vissersplaatsen en Levende molens van Holland. Een conflict met de uitgever van de serie leidde ertoe dat in augustus 2012 het faillissement werd uitgesproken over Menno Mennes Film En Video Bv. Vader van fotograaf Menno Mennes.