85, Frankrijk, 7
december, natuurlijke dood
Frans regisseur en scenarioschrijver. Hoewel hij vooral
gezien wordt als ambachtsman met weinig artistieke ambitie, verklaarde de
voormalige assistent van André Berthomieu en Maurice de Canonge zich wel
degelijk schatplichtig aan zijn generatiegenoten van de nouvelle vague. Zijn
grootste successen waren komedies met Louis de Funès als Oscar/Bertrand in on(t)roerend goed (1967) en Hibernatus/Vriezen we dood, dan vriezen we dood (1969) en de beide
eerste verfilmingen van het homo-emancipatieboulevardstuk La cage aux folles (1978 en 1980), waarvan de eerste hem twee
Oscarnominaties bezorgde, voor regie en scenario. Maakte ook twee goed
ontvangen films met Jacques Brel in de hoofdrol: Mon oncle Benjamin (1969) en de zelfmoordkomedie L’emmerdeur (tegenover Lino Ventura;
1973). Na enkele onafhankelijk geproduceerde korte documentaires en een reeks
assistentschappen debuteerde Molinaro met de policier Le dos au mur (met Jeanne Moreau en Gérard Oury; 1958). Voorts
onder meer Des femmes disparaissent (1959),
Un témoin dans la ville/Een getuige moet
verdwijnen (met Ventura; 1959),
La chasse à l’homme (met Jean-Paul Belmondo, 1964), Peau d’espion/In de huid van een ander (1967), La mandarine (1972), Le téléphone rose (1975), Dracula père et fils (1976), L’homme pressé (met Alain Delon; 1977), Cause toujours….tu m’intéresses! (1979), Pour cent briques t’as plus rien… (1982), het Amerikaanse Just the Way You Are (1984), Palace (1985), L’amour en douce (1985), À gauche en sortant de l’ascenseur (met Pierre Richard; 1988), Le souper (1992) en Beaumarchais l’insolent (1996). Werkte in toenemende mate voor televisie. Getrouwd met actrice Marie-Hélène Breillat, zwager van regisseur Catherine Breillat.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten