90, Sharon CT, 30
juli, bloedvergiftiging
Amerikaans journalist, documentaireregisseur en –producent.
Documentairemaker Michael Moore zei eens: ‘’De moderne kunst heeft Picasso,
rock’n’roll heeft Bill Haley en de documentaire heeft Robert Drew.” Inderdaad
is Drew de grondlegger van wat in Amerika ‘direct cinema’ heet, het met
wendbare apparatuur betrappen van de werkelijkheid, in een spannende montage
verteld als verhaal, zonder deskundig commentaar of andere externe duiding.
Oorspronkelijk was Drew journalist bij het tijdschrift Life, dat hem in 1945
aannam, nadat de voormalige gevechtsvlieger een overtuigende reportage had
geschreven over zijn opleiding tot straaljagerpiloot. In 1955 studeerde Drew Drew
met een speciale beurs een jaar aan Harvard om te onderzoeken hoe je de dan
gebruikelijke documentaire vorm minder saai zou kunnen maken. Drew concludeerde
dat de sleutel lag in gebruik van tot dan toe nog nauwelijks bestaande lichte
16mm-camera’s en dito geluidsapparatuur. Hij drong erop aan dat zijn werkgever
de productie van zulke apparatuur financieel zou bespoedigen en pleitte ook
voor een andere manier van vertellen in documentaires., als een ‘’theater van
de werkelijkheid.” Een eerste experiment in die richting was de korte
documentaire Weightless (1958) over
de training van astronauten. Drew overreedde zijn uitgever Tine Inc. om te
investeren in een productiemaatschappij van een nieuw soort documentaires. Drew
Associates bestond als energiecentrale van een vernieuwd medium feitelijk slechts
drie jaar (1960-63) maar produceerde een ongeëvenaard aantal invloedrijke
documentaires, gemaakt door een team van makers die de komende halve eeuw het
gezicht van de direct cinema zouden blijven: Richard Leacock. D.A. Pennebaker,
de broers David en Albert Maysles. Als eerste project koos Drew voor een door
hemzelf geregisseerd en geproduceerd project over de campagne van de jonge,
onbekende senator John F. Kennedy tijdens de Democratische voorverkiezingen in
Wisconsin. Ook als Kennedy niet een jaar later tot president zou zijn gekozen,
was Primary (Drew, 1960) een
revolutionaire film, zoals niemand er nooit een eerder gezien had (al is het
idioom van de beweeglijke, voyeuristische cameravoering en het rauwe geluid
inmiddels zo gemeengoed geworden, dat we ons nauwelijks meer kunnen voorstellen
dat het toen baanbrekend was).
The Chair (over de doodstraf; Drew, 1963) en het korte Faces of November (over de rouw om Kennedy; Drew, 1964). Al dan niet toevallig viel na de moord op president Kennedy ook Drew Associates uiteen, maar de naamgever bleef documentaires produceren, bij voorbeeld: The Man Who Dances: Edward Villella (Mike Jackson, 1968), The Sun Ship Game (over zweefvliegen; Drew, 1971), On the Road with Duke Ellington (Drew, 1974), From Two Men and a War (tevens montage en hoofdpersoon; Drew, 2005) en de compilatie A President to Remember: In the Company of John F. Kennedy (Drew, 2008). Drew vertelt in beeld in de documentaires Cinéma Vérité: Defining the Moment (Peter Wintonick, 2000), The Camera That Changed the World (Mandy Chang, 2011) en Ricky on Leacock (jane Weiner, 2012).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten