30 maart 2015

Helmut Dietl


70, München, 30 maart, longkanker

Duits regisseur en scenarioschrijver. Opnameleider en regieassistent klom op tot een van de bekendste televisieregisseurs van Duitsland. De door hem bedachte en grotendeels geregisseerde comedyserie Der ganz normale Wahnsinn (1979) werd hetzelfde jaar in een speciale montage ook een bioscoophit, onder de titel Der Durchdreher. Een superhit was ook de serie Kir Royal (1986), een kroniek van de beau monde van München, die Dietl schreef met zijn goede vriend, de auteur Patrick Süskind. Zijn echte bioscoopdebuut was Schtonk! (1992), een satire over de vervalste dagboeken van Hitler, die zijn naam ontleende aan een uitspraak van de Führer in The Great Dictator (Charles Chaplin, 1940). Ook deze film werd een hit en kreeg een Oscarnominatie.

De tweede film Rossini, oder die mörderische Frage wer mit wem schlief (geschreven samen met Süskind; 1997) trok 3,2 miljoen mensen naar de bioscoop. Na Late Show (1999) en Vom Suchen und Finden der Liebe (2005) had Dietl hoge verwachtingen van Zettl (2012), een soort Berlijns vervolg op Kir Royal. De film werd echter verscheurd door de kritiek en flopte ook aan de kassa. Het gevolg was een depressie voor Dietl, die in interviews vertelde ziek te zijn geworden van de teleurstelling. Onder meer getrouwd geweest met de actrices Barbara Valentin en Veronica Ferres.

28 maart 2015

Gene Saks


93, East Hampton NY, 28 maart, longontsteking

Amerikaans acteur en regisseur, eigenlijk Jean Michael Saks. Leerling van toneelvernieuwer Erwin Piscator. Succesvol Broadway-acteur en –regisseur, winnaar van drie Tony’s. Vooral bekend door zijn lange samenwerking met blijspelauteur Neil Simon, van wie hij ook enkele filmbewerkingen regisseerde: Barefooot in the Park/Op blote voeten in het park (over de wittebroodsweken van Robert Redford en Jane Fonda; 1967). The Odd Couple (met Walter Matthau en Jack Lemmon, 1968), The Last of the Red Hot Lovers (1972) en Brighton Beach Memoirs (1986).

Daarnaast regisseerde hij de verfilmingen van het blijspel Cactus Flower/De cactusbloem (met Matthau, Ingrid Bergman en Goldie Hawn, 1969), van de musical Mame (1974) en van de komedie Cin cin/A Fine Romance (met Julie Andrews en Marcello Mastroianni; 1994).
Daarna regisseerde hij nog in 1995 een tv-remake van de klassieke tienermusical Bye Bye Birdie (George Sidney, 1963). Saks was, als regisseur van het oorspronkelijke toneelstuk, een van de producenten van de geflopte biopic Barrymore (met Christopher Plummer; Erik Canuel, 2011). Als filmacteur debuteerde Saks na ampel televisiewerk in de vergeten, maar voor vier Oscars genomineerde komedie A Thousand Clowns (Fred Coe, 1965). Daarna speelde hij in The Prisoner of Second Avenue (naar Simon; Melvin Frank, 1975), The One and Only (Carl Reiner, 1978), Lovesick (Marshall Brickman, 1983), The Goodbye People (Herb Gardner, 1984),
Nobody’s Fool (Robert Benton, 1994), I.Q. (Fred Schepisi, 1994) en als de vader van Woody Allen in Deconstructing Harry (Allen, 1997). Gescheiden van actrice Bea Arthur.

Miroslav Ondricek


80, Praag, 28 maart, natuurlijke dood

Tsjechisch cameraman. Draaide enkele sleutelfilms uit de zogeheten Praagse Lente en drukte daardoor zijn stempel op deze beweging. Later ook succesvol in Hollywood, vooral met werk van regisseur Milos Forman, hoewel hij altijd in Praag is blijven wonen en vooral in de jaren 70 met grote moeite elke keer een uitreisvergunning moest regelen. Oscarnominaties voor Ragtime (Forman, 1981) en Amadeus (Forman, 1984). Studeerde camera aan de interne opleiding van Barrandov Studio’s in Praag. Camera-assistent sinds 1957, eerste eigen cameracreditsvoor de korte documentaires Konkurs/Talent Competition (Forman, 1963) en Kdyby ty muziky nebyly/If It Weren’t for Music (Forman, 1964). Eerste lange speelfilm Intimni osvetleni/Intimate Lighting (Ivan Passer, 1965), zoals de titel al aangeeft ook een film over licht. Daarna chef-cameraman van films als Lasky jedne plavovlasky/Loves of a Blonde/De liefde van het blondje (Forman, 1965), Mucednici lasky/Martyrs of Love (Jan Nemec, 1967), The White Bus (Linday Anderson, 1967), Hori, ma panenko/The Firemen’s Ball/Het brandt, m’n liefje (Forman, 1967), Gouden Palmwinnaar If… (Anderson, 1968),
Le corps de Diane (Jean-Louis Richard, 1969), Taking Off (Forman, 1971), Slaughterhouse-Five (George Roy Hill, 1972), Homolka a tobolka (Jaroslav Papousek, 1972), O Lucky Man (Anderson, 1972), Drahe tety a ja (Zdenek Podskalsky, 1975), Zaklete rewiry/Hotel Pacific (Janusz Majewski, 1975), Hair (Forman, 1979), Bozska Ema/The Divine Emma (Jiri Krejczik,1979), Temne slunce/Dark Sun (Otakar Vavra, 1981), The World According to Garp (Hill, 1982), Silkwood (Mike Nichols, 1983), Heaven Help Us (Michael Dinner, 1985), F/X (Robert Mandel, 1986), Funny Farm (Hill, 1988), Valmont (Forman, 1989), Awakenings (Penny Marshall, 1990), A League of Their Own (Marshall, 1992), The Preacher’s Wife (Marshall, 1996) en Riding in Cars with Boys (Marshall, 2001). Vader van regisseur David Ondricek.

27 maart 2015

Rik Battaglia


88, Corbola (Rovigo), 27 maart, hartfalen

Italiaans acteur, pseudoniem van Caterino Bertaglia, soms ook als Rick Austin. Robuuste aanwezigheid in meer dan honderd films, voornamelijk spaghetti- en zuurkoolwesterns, peplums en ander genrewerk. Voormalig matroos werd als barman in een wegrestaurant bij Milaan ontdekt door producent Carlo Ponti, die hem de rol gaf van een sigarettensmokkelaar die Ponti’s vrouw, de jonge Sophia Loren, het hof maakt in La donna del fiume (Mario Soldati, 1954).

Ging daarna studeren aan de acteerafdeling van het Centro Sperimentale in Rome. Onder veel meer te zien in La risaia/Rice Girl (Raffaello Matarazzo, 1956), top-billed in de titelrol van Orlando e i Paladini di Francia (Pietro Francisci, 1956), Liane, die weiße Sklavin/Liane de witte slavin (Hermann Leitner, 1957), La Gerusalemme liberata/The Mighty Crusaders/Stormloop tegen de Saracenen (Carlo Ludovico Bragaglia, 1958), tegenover Esther Williams in Raw Wind in Eden (Richard Wilson, 1958), I Reali di Francia (Mario Costa, 1959), als Hasdrubal in Annibale/Hannibal (Bragaglia en Edgar G. Ulmer, 1959), La giornata balorda/A Crazy Day (Mauro Bolognini, 1960), Il conquistatore dell’Oriente/Conqueror of the Orient (Tanio Boccia, 1960),
Esther and the King (tegenover Joan Collins; Raoul Walsh en Mario Bava, 1960), Teseo contro il Minotauro/The Minotaur (Silvio Amadio, 1960), Don’t Bother to Knock (Cyril Frankel, 1961), als Vercingetorix in Giulio Cesare, il Conquistatore delle Gallie/Caesar the Conqueror (Amerigo Anton alias Boccia, 1962), Sodom and Gomorrah (Robert Aldrich, 1962), Una regina per Cesare/De Venus van het Oosten (Piero Pierotti en Viktor Tourjansky, 1962), Rocambole (Bernard Borderie, 1963), Il leone di San Marco (Luigi Capuano, 1963), Sandokan, la tigre di Mompracem/Sandokan, de tijger van Ceylon (Umberto Lenzi, 1963), Old Shatterhand (Hugo Fregonese, 1964), Der Schut/The Yellow One (Robert Siodmak, 1964), Freddy und das Lied der Prärie (tegenover Freddy Quinn; Sobey Martin, 1964), Der Schatz der Azteken (Siodmak, 1965), Die Pyramide des Sonnengottes (Siodmak, 1965), Amanti d’oltretomba/The Night of the Doomed/De griezel minnaar (Allen Grünewald alias Mario Caiano, 1965),
L’aventuriero della Tortuga (Capuano, 1965), Das Vermächtnis des Inka (Georg Marischka, 1965), Winnetou – 3. Teil/Winnetou: The Last Shot (Harald Reinl, 1965), Winnetou und sein Freund Old Firehand (Alfred Vohrer, 1966), Misión en Ginebra/Feuer frei auf Frankie (José Antonio de la Loma, 1967), I lunghi giorni dell’odio/This Man Can’t Die (Gianfranco Baldanello, 1968), Spara, gringo, spara/The Longest Hunt (onder de naam Carl Norton; Bruno Corbucci, 1968), Black Jack (Baldanello, 1968), Winnetou und Shatterhand im Tal der Toten (Reinl, 1968), Addio fratello crudele (Giuseppe Patroni Griffi, 1971), Giu’ la testa/Duck, You Sucker/Once upon a Time in the Revolution/ A Fistful of Dynamite (Sergio Leone, 1971), La lunga cavalcata della vendetta (Anton alias Boccia, 1972),
Treasure Island (Andrea Bianchi en John Hough, 1972), The Call of the Wild/Roep der wildernis (als Dutch Harry; Ken Annakin, 1972), La isla misteriosa/Jules Verne’s Mysterious Island of Captain Nemo (Juan Antonio Bardem en Henri Colpi, 1973), Zanna Bianca/White Fang (Lucio Fulci, 1973), Ein Unbekannter rechnet ab/Ten Little Indians (Peter Collinson, 1974), Un genio, due compari, un pollo/The Genius (Damiano Damiani, 1975), A Matter of Time/Nina (als Liza Minnelli’s vader; Vincente Minnelli, 1976), Le deportate della sezione speciale SS/Deported Women of the SS Special Section/Meisjes voor de SS (Alex Berger alias Rino Di Silvestro, 1976), Suor Emanuelle (tegenover Laura Gemser; Joseph Warren alias Giuseppe Vari, 1977), Mannaja (Sergio Martino, 1977), Il prefetto di ferro (Pasquale Squitieri, 1977), Il grande attacco/Battle Force (Humphrey Longan alias Lenzi, 1978), Bomber/Big Bomber (tegenover Bud Spencer; Michele Lupo, 1982), Liberté, Egalité, Choucroute (als De la Fayette; Jean Yanne, 1985), Il pentito (Squitieri, 1985), Asilo di polizia/Private Defectives/Dumb Dicks (Filippo Ottoni, 1986), Don Bosco (Leandro Castellani, 1988) en Diva Futura, l’avventura dell’amore (Ilona Staller, 1989). Overleden in zijn geboortedorp.




25 maart 2015

Ivo Garrani


91, Rome, 25 maart, in zijn slaap

Italiaans bijrolacteur. Vooral actief in het theater, bij voorbeeld bij de gezelschappen van Carlo Tamberlani en Giorgio Strehler. In film veelal kleinere rollen, typisch als arts, officier, geestelijke of monarch. Debuteerde in de komedie Ragazze di marito (Eduardo Di Filippo, 1952). Onder meer als Karel de Grote in Orlando e i Paladini di Francia (Pietro Francisci, 1956), als koning Pelias in Le fatiche di Ercole/Hercules (Francisci, 1958), Afrodite, dea dell’amore/Slave Women of Corinth (Mario Bonnard, 1958), als geleerde in La morte viene dello spazio/The Day the Sky Exploded/Morgen kan het gebeuren (Paolo Heusch, 1958),  als partizanenleider in Il generale Della Rovere (Roberto Rossellini, 1959), als koning Croesus in La battaglia di Maratona/The Giant of Marathon (Jacques Tourneur, 1959), als peetvader in Vento del Sud (Enzo Provenzale, 1959), Cartagine in fiamme (Carmine Gallone, 1960), La strada dei giganti (Guido Malatesta, 1960), als prins Vajda in La maschera del demonio/Black Sunday/The Mask of Satan (Mario Bava, 1960),

Seddok, l’erede di Satana/Atom Age Vampire (Anton Giulio Majano, 1960), Adua e le compagne (tegenover Simone Signoret; Antonio Pietrangeli, 1960), als de gouverneur in Morgan il Pirata/De Koning der Boekaniers (André De Toth en Primo Zeglio, 1960), Il gobbo/The Hunchback of Rome (Carlo Lizzani, 1960), Ercole alla conquista di Atlantide/Hercules verovert Atlantis (Vittorio Cottafavi, 1961), I sogni muiono all’alba/Dreams Die at Dawn (Mario Craveri, Enrico Gras en Indro Montanelli, 1961), Il figlio di Spartacus/De zoon van Spartacus (als Julius Caesar; Sergio Corbucci, 1962), als kolonel in Marcia o crepa/Legioen des doods (Frank Wisbar, 1962), Il processo di Verona (Lizzani, 1963), als kolonel in Il gattopardo/The Leopard/De tijgerkat (Luchino Visconti, 1963), Cyrano et d’Artagnan (Abel Gance, 1964), Casanova ‘70/Een man met zes vrouwen (Mario Monicelli, 1965), I grandi condottieri/Gideon en Samson (als Gideon; Marcello Baldi en Francisco Pérez-Dolz, 1965),
La jeune morte (Claude Faraldo en Roger Pigaut, 1965), L’avventuriero/The Rover (Terence Young, 1967), La cintura di castità/De kuisheidsgordel (Pasquale Festa Campanile, 1967), als Mussolini in Osvobozjdenije/The Great Battle/De slag om Berlijn (Joeri Ozerov en Joelioes Koen, 1969), als maarschalk Soult in Waterloo (Sergei Bondartsjoek, 1970), Maddalena (Jerzy Kawalerowicz, 1971), Milano calibro 9/Zij gingen over lijken (Fernando Di Leo, 1972), Bronte: cronaca di un massacro che i libri di storia non hanno raccontato/Liberty (top-billed; Florestano Vancini, 1972), À la guerre comme à la guerre (Bernard Borderie, 1972), als admiraal in Section spéciale (Costa-Gavras, 1975), Gli esecutori/The Man from the Organization (Maurizio Lucido en Guglielmo ‘William’  Garroni, 1972), als premier in Holocaust 2000 (Alberto De Martino, 1977), Il pentito (Pasquale Squitieri, 1985), als kolonel in Soldati - 365 all’alba (Marco Risi, 1987), Il muro di gomma (Risi, 1991), als bisschop in Il continente nero (Risi, 1993), als priester in Zora la Vampira (Antonio en Marco Manetti, 2000) en als afgevaardigde in Marcello Marcello (Denis Rabaglia, 2008). Vader van acteur Toni Garrani.


23 maart 2015

Gian Vittorio Baldi


84, Faenza (Ravenna), 23 maart, natuurlijke dood

Italiaans regisseur, scenarioschrijver en producent. Hermetisch oeuvre, dat vooral experimenteerde met ongebruikelijke vertelvormen. Afgestudeerd in de sociale wetenschappen voordat hij de filmschool Centro Sperimentale volgde. Aanvankelijk alleen documentaires,  werkte vooral voor RAI-televisie (1954-58). Het korte Il pianto delle zitelle/The Crying of Spinsters (1958) won in Venetië een speciale juryprijs, La casa delle vedove (1960) de Gouden Leeuw voor beste korte film.  Van zijn lange speelfilms werd Fuoco! (tevens productie; 1968) geselecteerd voor het hoofdprogramma van Venetië en L’ultimo giorno di scuola prima delle vancanze di Natale (tevens productie; 1975) voor de Quinzaine in Cannes.
Tot de films die Baldi produceerde behoren Trio (Gianfranco Mingozzi, 1967), Diario di una schizofrenica (Nelo Risi, 1968), Chronik der Anna Magdalena Bach (Jean-Marie Straub en Danièle Huillet, 1968), Vent d’Est (Jean-Luc Godard, 1969), Porcile (Pier Paolo Pasolini, 1969), Appunti per un’ Orestiade africana (Pasolini, 1970), L’amore coniugale (Dacia Maraini, 1970), Quatre nuits d’un rêveur (Robert Bresson, 1971) en La guérillera (Pierre Kast, 1982). Richtte met Joris Ivens en John Grierson de Internationale Documentaire Associatie op. Gescheiden van actrice Macha Méril.

20 maart 2015

Walter Grauman


93, Los Angeles, 20 maart, doodsoorzaak onbekend

Amerikaans regisseur en producent, vooral voor televisie. Productieleider bij NBC klom snel op als tv-regisseur van series. Vestigde zijn reputatie definitief met de regie van 21 afleveringen van The Untouchables (1959-63), met Robert Stack als gangsterjager Elliot Ness.
Ook tekende Grauman voor de originele, nooit uitgezonden pilot van de serie The Fugitive (1963). Zijn bioscoopdebuut maakte Grauman met een low-budget griezelfilm voor Alllied Artists, The Disembodied (1957). Tot zijn overige films, veelal geproduceerd door zijn goede vriend Walter Mirisch, behoren 633 Squadron/Geheim commando (met Cliff Robertson en George Chakiris; 1964), Lady in a Cage (met Olivia De Havilland als vervangster van Bette Davis en James Caan; 1964), A Rage to Live (met Suzanne Pleshette als nymfomane, Oscarnominatie voor kostuums; 1965), de compilatie van zijn serie Blue Light die als I Deal in Danger (1966) de bioscoop haalde, The Last Escape/Dwars door de vuurlinie (1970) en talloze televisiefilms. Regisseerde Angela Lansbury in 53 afleveringen van Murder, She Wrote (1984-96).

A Rage to Live | Suzanne Pleshette | Walter E. Grauman | Bradford Dillman | Movie Trailer | Review

16 maart 2015

Buddy Elias


89, Bazel, 16 maart, doodsoorzaak onbekend

In Duitsland geboren Zwitsers acteur en fondsbestuurder, eigenlijk Bernhard Elias. Volle neef van Anne Frank, voorzitter van het Anne Frank Fonds, dat onder de meer de auteursrechten van haar dagboek beheert. In Bazel opgeleid toneelspeler, veertien jaar de sterkomiek van de ijsrevue Holiday on Ice (1947-61). Filmdebuut in Gouden Beerwinnaar David (Peter Lilienthal, 1979). Voorts in The Magician of Lublin (Menahem Golan, 1979), Poliziotto solitudine e rabbia/Knallharte Profis (Stelvio Massi, 1980), Charlotte (Frans Weisz, 1981), Der Zauberberg (naar Thomas Mann; Hans W. Geissendörfer, 1982), Kassettenliebe (Rolf Lyssy, 1982), Peng! Du bist tot! (Adolf Winkelmann, 1987), Bronsteins Kinder (Jerzy Kawalerowicz, 1991), als rabbijn in My Mother’s Courage (Michael Verhoeven, 1995), Sunshine (István Szabó, 1999), Nobel (Fabio Carpi, 2001), de korte film Das Cello (top-billed; Thomas Isler, 2001) en Was nützt die Liebe in Gedanken/Love in Thoughts (Achim von Borries, 2004). Daarnaast vele tv-films en –series. Zijn laatste (bij)rol, van een rabbijn in The Monuments Men (George Clooney, 2014), sneuvelde in de eindmontage. Getuigde in veel documentaires over Anne Frank. Getrouwd met actrice Gertie Wiedner, vader van de acteurs Patrick en Oliver Elias.

15 maart 2015

Luciano Ercoli


85, Barcelona, 15 maart, natuurlijke dood

Italiaans regisseur, scenarioschrijver en producent, soms onder het pseudoniem André Colbert. Getrouwd met de Spaanse actrice Nieves Navarro, die in verschillende van zijn films speelde (soms onder de naam Susan Scott). Assistent-regisseur bij La risaia/Rice Girl (Raffaello Matarazzo, 1955) en productieleider bij andere films. Produceerde de zwarte komedie Che fine ha fatto Totò Baby? (Ottavio Alessi, 1964), een parodie met de komiek Totò op What Ever Happened to Baby Jane? (Robert Aldrich, 1962) en vier spaghettiwesterns: Una pistola per Ringo (Duccio Tesssari, 1965), Il ritorno di Ringo (Tessari, 1965), I lunghi giorni della vendetta/Voor goud en wat dollars (Stan Vance alias Florestino Vancini, 1967) en Ognuno per sé/Sam Cooper’s Gold (Giorgio Capitani, 1968).

Ook produceerde hij zijn eigen regiedebuut, de giallo Le foto proibite di una signora per bene/Forbidden Photos of a Lady above Suspicion (tevens montage; 1970). Daarna regisseerde Ercoli de gialli La morte cammina con i tacchi alti/Death Walks on High Heels (tevens productie; 1971) en La morte accarezza a mezzanotte/Death Walks at Midnight (tevens productie; 1972), de thriller Troppo rischio per un uomo solo/The Magnificent Daredevil (1973), de griezelfilm Il figlio della sepolta viva (onder de naam Colbert, 1974), het kostuumdrama Lucrezia giovane (tevens scenario; onder de naam Colbert, 1974), de misdaadfilm La polizia ha le mani legate/Misdaad in Milaan (tevens productie; 1975) en de komedie La bidonata (tevens scenario; 1977).
Tot Ercoli’s overige producties behoren Odissea nuda (Franco Rossi, 1961), Il comandante (met Totò; Paolo Heusch, 1963), Fantômas (André Hunebelle, 1964), Le gentleman de Cocody (Christian-Jaque, 1965), Furia à Bahia pour OSS 117 (Hunebelle, 1965), Kiss Kiss…Bang Bang (Tessari, 1966), Totò d’Arabia (José Antonio de la Loma, 1966). Hij schreef mee aan Assassination (Hal Brady alias Emilio Miraglia, 1967) en Un par de zapatos del ‘32/Qualcuno ha visto uccidere/The Student Connection (Rafael Romeo Marchent, 1974). Eind jaren 70 erfde Ercoli een aanzienlijk bedrag en trok zich terug in Spanje.


13 maart 2015

Lucille Roberts


55, Nederland, 13 maart, na een ziekte

Surinaams actrice en radiomaker. Radio-omroepster van RP- The Hot One.  Speelde de hoofdrol van Hortense tegenover Kenneth Herdigein in Het geheim van de Saramaccarivier (Pim de la Parra, 2007), een documentaire fictiefilm van de Surinaamse Filmacademie. Ook te zien in Het laatste verlangen (De la Parra, 2007) en Wat de vrouw wil…is de wil van God (Arie Verkuijl, 2008). Ook chef de bureau van de Surinaamse Film Academie (2006). 


Lia van Leer


90, Jeruzalem, 13 maart, natuurlijke dood

Israëlisch cinematheek- en festivaldirecteur, als Lia Greenberg geboren in het huidige Moldavië, destijds Roemenië. Kwam in 1940 naar Palestina, waar ze met haar echtgenoot, de Nederlandse ingenieur en piloot Wim van Leer (1913-1991), filmclubs oprichtte, in Haifa, Tel Aviv en Jeruzalem. Ook stonden ze in 1960 aan de wieg van het Israëlisch Filmarchief. Lia van Leer was de eerste directeur van de mede door haar opgerichte Jerusalem Cinematheque (1981) en het Internationaal Filmfestival  van Jeruzalem (1984). Trouw bezoeker van het International Film Festival Rotterdam (IFFR) en andere grote festivals. In 1995 zat ze de internationale jury van het Filmfestival Berlijn voor. Wim en Lia van Leer produceerden de documentaire Description d’un combat (Chris. Marker, 1960). Ze is de hoofdpersoon van de documentaire Lia (Tali Goldenberg, 2011).
Lia from Syndicado on Vimeo.

11 maart 2015

Ralph Taeger


78, Placerville CA, 11 maart, na een lange ziekte

Amerikaans acteur. The Caroetbaggers (Edward Dmytryk, 1964), tv-serie Hondo (1967).

10 maart 2015

Richard Glatzer


63, Los Angeles, 10 maart, ALS

Amerikaans regisseur, scenarioschrijver en producent. Vormde met zijn echtgenoot Wash Westmoreland een duo dat een aantal onafhankelijke films schreef en regisseerde. De laatste van de reeks, Still Alice (2014) over een vrouw die aan de ziekte van Alzheimer lijdt, bezorgde hoofdrolspeelster Julianne Moore de Oscar voor beste actrice. Glatzer begon bij televisie, als schrijver voor reality shows en America’s Next Top Model. Hij debuteerde zonder Westmoreland met Grief (tevens scenario; 1993), een kijkje achter de schermen van een televisiemaatschappij. De eerste samenwerking met Westmoreland als scenarist was The Fluffer (alleen regie, 2001), gesitueerd in de wereld van de homoporno. Daarna Quinceañera (2006) over Mexicaanse immigranten, Pedro (alleen productie; Nick Oceano, 2008) over aids-activist Pedro Zamora, en The Last of Robin Hood (2013) met Kevin Kline als Errol Flynn.

09 maart 2015

Otar Koberidze


90, Tbilisi, 9 maart, natuurlijke dood

Georgisch acteur en regisseur. Kreeg eerste bekendheid door de titelrol in de romantische avonturenfilm Bashi-Achuki (Leo Esakya, 1956).

Ook te zien in bij voorbeeld Mamluqi/Mamljoek (Davit Rondeli, 1958), Skhvisi shvilebi/Tsjoezjije dveti/Somebody Else’s Children (Tengiz Aboeladze, 1958), Dge ukanaskneli, dge pirveli/Den poslednij, den pervyj/Last Day, First Day (Siko Dolidze, 1959), de Georgisch-Slowaakse coproductie Shetskvetili simgera/Prerusená piesen/Interrupted Song (Nikoloz Sanishvili en Frantisek Sádek, 1960), als advocaat in de Lenfilm-thriller 713 prosit posadkoe/Vlucht 713 vraagt toestemming (Grigori Nikoelin, 1962),  Zgvis shvilebi/Deti morja/Children of Sea (Konstantin Pipinashvili, 1964), het in Oekraïne opgenomen Italiani brava gente (Giuseppe De Santis, 1964), het Letse Tsarskaja nevesta/De bruid van de tsaar (Vladimir Gorikker, 1966), het Litouwse Malenki prints/De kleine prins (Arunas Zebriunas, 1966), het twintig jaar lang verboden Komissar/De commissaris (Aleksandr Askoldov, 1967), als de sultan in Volsjebnaja lampa Aladdina/Aladdin’s Magic Lamp (Boris Rytsarev, 1967), de DDR-western Spur des Falken (Gottfried Kolditz, 1968), The Red Tent/Krasnaja palatka (Michail Kalatozov, 1969), La vita è bella/Zjizn prekrasna (Grigori Tsjoechraj, 1979), Tsisperi mtebi anu daujerebeli ambavi/The Blue Montains, or Unbelievable Story (Eldar Sjengelaja, 1983) en Antimoz Iverieli (Giuli Chokhonelidze, 2001). Schreef en regisseerde twee speelfilms: samen met Michaïl Karzjoekov de sciencefiction Metsjte navstretsjoe/A Dream Come True/Encounter in Space (tevens hoofdrol als kosmonaut; 1963), die gedeeltelijk werd gehermonteerd tot Queen of Blood (Curtis Harrington, 1966), en de misdaadfilm Elodet mokavshires/Zjdite sviasnogo (1978). Daarna nog twee minder succesvolle, niet door hemzelf geschreven films. Weduwnaar van actrice Lia Eliava.

A DREAM COME TRUE (Mikhail Karyukov & Otar Koberidze, 1963) from Spectacle Theater on Vimeo.

08 maart 2015

Sam Simon


59, Los Angeles, 8 maart, darmkanker

Amerikaans scenarioschrijver en producent. Medebedenker van de tv-serie The Simpsons (1993-2015). Getrouwd geweest met actrice Jennifer Tilly.

07 maart 2015

Tomislav Radić


74, Zagreb, 7 maart, natuurlijke dood

Kroatisch regisseur.

05 maart 2015

Albert Maysles


88, New York, 5 maart, alvleesklierkanker

Amerikaans filmmaker en psycholoog. Een van de grondleggers van de beweging van de direct cinema, veelal samen met zijn jongere broer David Maysles (1931-1987).

03 maart 2015

Lynn Borden


77, Encino CA, 3 maart, na een lange ziekte

Amerikaans actrice, geboren als Lynn Freyse. Miss Arizona 1957 was ook de stuntvrouw die als ruiter door moest gaan voor Rhonda Fleming en Jo Van Fleet in Gunfight at the OK Corral (John Sturges, 1958). Figurant in films en tv-series, werd op het laatste moment gepasseerd voor een hoofdrol tegenover Elvis Presley in Roustabout (John Rich, 1964). Ze kreeg wel een rol in de tv-serie Hazel (1965-66) en maakte haar officiële filmdebuut in Bob & Carol & Ted & Alice (Paul Mazursky, 1969). Daarna een sleutelrol in de cultgfriezelfilm Frogs (George McGowan, 1972) en in Dirty Mary Crazy Larry (John Hough, 1974). Ook in films als The Great Northfield Minnesota Raid (Philip Kaufman, 1972), tegenover Pam Grier in Black Mama White Mama (als sadistische lesbische cipier; Eddie Romero, 1973), Walking Tall/Het recht van de sterkste (Phil Karlson, 1973), This Is a Hijack (Barry Pollack, 1973), Breezy (Clint Eastwood, 1973), St. Ives (J. Lee Thompson, 1976), Savannah Smiles (Pierre De Moro, 1982) en Hellhole (De Moro, 1985).

02 maart 2015

Delia Salvi


87, Los Angeles, 2 maart, natuurlijke dood

Amerikaans actrice en docent. Voormalig levenspartner van Actors Studio-oprichter Lee Strasberg.


Rense Westra


68, Leeuwarden, 2 maart, hartproblemen

Nederlands acteur. Gezichtsbepalend acteur voor het Friese taalgebied, tot 1994 bij het toneelgezelschap Tryater, daarna in alle films van regisseur Steven de Jong en als hoofdpersoon  van de regionale televisieserie Baas Boppe Baas (De Jong, 2001-05). Speelde vaak autoritaire figuren, die herkend werden als karakteristiek voor de Friese identiteit. Gouden Kalfnominatie voor zijn rol van een visser in het verzet in De Fûke (De Jong, 2000). Filmdebuut in De Dream (Pieter Verhoeff, 1985). Ook in De gouden swipe (De Jong, 1999),
als veearts in Marie Antoinette is niet dood (Irma Achten, 1996), als de conservatieve dichter Japik de Jong in Nynke (Verhoeff, 2001), als veldwachter Zwart in De schippers van de Kameleon (De Jong, 2003) en Kameleon 2 (De Jong, 2005), de korte film Útgong (Dennis Boetes, 2003), als boer in De passievrucht (Maarten Treurniet, 2003) en Floris (Jean van de Velde, 2004), in Sportman van de Eeuw (Mischa Alexander, 2006), als Dove Nelis in De scheepsjongens van Bontekoe (De Jong, 2007), Snuf de Hond in oorlogstijd (De Jong, 2008), Snuf de Hond en de Jacht op Vliegende Volckert (De Jong, 2008), als Kerstman in de eindexamenfilm Avonturen in de avonduren (Leyla Everaers, 2008), de telefilm Taartman (Annemarie van de Mond, 2009), de eindexamenfilm Andere dagen (Eché Janga, 2009), uncredited in De storm (Ben Sombogaart, 2009), als voorzitter van de Vereniging De Friesche Elf Steden in De Hel van ’63 (De Jong, 2009),
Snuf de Hond en de ijsvogel (De Jong, 2010), Snuf de Hond en het spookslot (De Jong, 2010), de eindexamenfilm Elvis Leeft! (David van Wassem, 2011), Penny’s Shadow (De Jong, 2011), Bennie Stout (Johan Nijenhuis, 2011), New Kids Nitro (Steffen Haars en Flip van der Kuil, 2011), Leve Boerenliefde (De Jong, 2013) en Stuk! (De Jong, 2014). Op televisie ook in series als Goudkust (1996),  Westenwind (2001), en Dankert & Dankert (als rechter; De Jong. 2007). Sprak het commentaar bij de documentaire Doarp (Henk Penninga, 1995).