90, Rome, 28 april, natuurlijke dood
Italiaans scenarioschrijver. Vormde met collega Agenore Incrocci (1919-2005) het legendarische scenarioduo Age-Scarpelli, dat de commedia all'Italiana hielp definiëren en later nieuwe impulsen gaf, vooral in hun werk voor regisseur Ettore Scola, die aanvankelijk ook scenario's met hen schreef voor andere regisseurs. Ze wonnen de scenarioprijs in Cannes voor La terrazza (Scola, 1980) en kregen Oscarnominaties voor I compagni (Mario Monicelli, 1963) en Casanova '70 (Monicelli, 1965). Zonder Age werd Scarpelli ook genomineerd voor Il postino (Michael Radford, 1994). Het scenario van Age-Scarpelli voor de avonturenfilm Le fatiche di Ercole/Hercules (Pietro Francisci, 1958) en de spaghettiwestern The Good, the Bad and the Ugly/Il buono. il brutto e il cattivo (Sergio Leone, 1966) werden door de regisseur afgewezen, maar toch bleef hun naam op de credits staan.
De lange samenwerking van het duo begon in 1949 met Vivere a sbafo (Giorgio Ferroni, 1949). Tot de lange lijst van overige films behoren Totò cerca casa (Monicelli en Steno, 1949), Totò e le donne (Monicelli en Steno, 1952), Don Camillo e l'on. Peppone (Carmine Gallone, 1955), Il bigamo (Luciano Emmer, 1956), Il medico e lo stregone (Monicelli, 1957), I soliti ignoti/Big Deal on Madonna Street (Monicelli, 1958), La grande guerra (Monicelli, 1959), Risate di gioia (Monicelli, 1960), Il mattatore (Dino Risi, 1960), Tutti a casa (Luigi Comencini, 1960), The Best of Enemies (Guy Hamilton, 1961), A cavallo della tigre (Comencini, 1961), La marcia su Roma (Risi, 1962), I mostri (Risi, 1963), Sedotta e abbandonata (Pietro Germi, 1964), Signore e signori (Germi, 1966), Io, io, io...e gli altri (Alessandro Blasetti, 1966), L'armata Brancaleone (Monicelli, 1966), Le streghe (segment van Monicelli, 1967), Riusciranno i nostri eroi a ritrovare l'amico misteriosamente scomparso in Africa? (Scola, 1968), Dramma della gelosia (Scola, 1970), C'eravamo tanto amati (Scola, 1974), La donna della domenica (Comencini, 1975), Sunday Lovers (segment van Risi, 1980), Nudo di donna (Nino Manfredi, 1981), Le bal (Scola, 1983), Maccheroni (Scola, 1985) en La famiglia (Scola, 1987). In samenwerking met anderen dan Age (onder wie zijn zoon Giacomo Scarpelli) schreef hij films als Totò le Moko (Carlo Ludovico Bragaglia, 1949), Celluloide (Carlo Lizzani, 1995), La cena (Scola, 1998) en N (Io en Napoleone) (Paolo Virzi, 2006).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten