Filmkenner Hans Beerekamp verzamelt op deze site informatie over mensen die alleen nog te bewonderen zijn door hun bijdrage aan het eeuwige filmscherm.
Met Bart Klever in Oorlogsrust 82, Amsterdam, 22 september, doodsoorzaak onbekend
Nederlands actrice. Grande dame van het theater, onder meer bij gezelschappen als de Haagse Comedie, Rotterdams Toneel, Centrum, Globe, Publiekstheater en Toneelgroep Amsterdam. Won in 1971 de Colombina voor haar rol in De kersentuin. Incidentele filmrollen: De Anna (Erik van Zuylen, 1983), De zondagsjongen (Pieter Verhoeff, 1992), De flat (Ben Verbong, 1994), De tasjesdief (Maria Peters, 1995), AfFair Play (Roeland Kerbosch, 1995) en Oorlogsrust (Doesjka van Hoogdalem, 2006). Op televisie in de komische serie Het Zonnetje in huis. (1994). Sinds 3 mei 2009 weduwe van acteur en regisseur Ton Lutz.
Aan de telefoon met Martine Bijl in Het zonnetje in huis
Amerikaans acteur. Aanvankelijk vooral actief in het theater. Werd bekend als tegenspeler van Jon Voight in de Vietnamfilm Coming Home (Hal Ashby, 1978) en ster van de surprisehit The Exterminator (James Glickenhaus, 1980) en andere actiefilms. Debuteerde met kleine rolletjes in Two-Minute Warning (Larry Peerce, 1976) en Bound for Glory (Ashby, 1976). Naast veel televisierollen (onder andere de series The Paper Chase en Falcon Crest) ook in films als Warrior of the Lost World (David Worth, 1983), Exterminator 2 (Mark Buntzman, 1984), Loverboy (Joan Micklin Silver, 1989), Madhouse (Tom Ropelewski, 1990), Harley Davidson and the Marlboro Man (Simon Wincer, 1991) en The Prophet's Game (Worth, 1999). Regisseerde zichzelf in The Bounty Hunter (1989) en Vietnam, Texas (tevens productie, 1990), en Bo Derek en Jeff Fahey in Woman of Desire (tevens scenario, 1993).
Van jonge leu en oale groond 63, Amsterdam?, 19 september, kanker
Nederlands acteur. Speelde veelal kleine rollen in de films Te gek om los te lopen (Guido Pieters, 1981), Ciske de Rat (Pieters, 1984), Overvallers in de dierentuin (Christ Stuur, 1984), Romeo (Rita Horst, 1990), My Blue Heaven (Ronald Beer, 1990) en De kleine blonde dood (Jean van de Velde, 1993). Ook in de tv-series De zevensprong (Karst van der Meulen, 1982), Vuurzee (2005-06) en Van jonge leu en oale groond (2005-07), alsmede de tv-film Sloophamer (Ger Poppelaars, 2003).
Nederlands televisiepresentator, journalist en publiciteitsman, eigenlijk Alfred Leonard Bouma. Presenteerde tussen 1969 en 1982 het vermoedelijk populairste filmprogramma dat de Nederlandse televisie ooit voortbracht. Voor een briefkaart op de eerste rang (KRO) bestond enerzijds uit fragmenten van oudere films, die kijkers via een briefkaart konden aanvragen en anderzijds uit een pittige filmquiz, waarbij het erop aankwam zo snel mogelijk op een knop te drukken, als de kandidaat meende te weten wat het goede antwoord zou zijn. Ook was er altijd ruime aandacht voor de actualiteit in de bioscoop. Bouma was met zijn beroemd geworden vaste beginzin "Lieve dames, beste heren!" het uithangbord van het programma, dat de facto werd gemaakt door eindredacteur en regisseur Fred van Doorn, producent Fred Bredschneyder, uitvoerend producent José Kersten en redacteur van vragen en teksten Ab van Ieperen. Het programma beleefde een minder succesvolle wedergeboorte van 26 afleveringen in 2000, met Paula Patricio als presentator. Tot de cinefiele kandidaten die bij Bouma hun eerste stappen in de openbaarheid zetten behoorden de latere filmdistributeur Max van Praag en de samensteller van deze website. Later zou Bouma nog de quiz Cijfers en letters presenteren en als een van de teamcaptains van het programma Hints figureren. De broer van actrice Maya Bouma en zangeres Annelies Bouma begon zijn carrière als journalist en was ook perschef en artist relations manager klassiek van de platenmaatschappij Phonogram. In 1985 voorzitter van de jury van de Nederlandse Filmdagen, die het Gouden Kalf toekende aan Paul Verhoevens Flesh + Blood. Hij was lid van de Nederlandse Filmkeuring, maar diende in 1994 daar zijn ontslag in met een open brief aan de minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur, waarin hij stelde dat het orgaan "de aansluiting met de samenleving" verloren had.
Italiaans regisseur en scenarioschrijver. In Nederland vooral bekend door de film die hij in 1960 op de Amsterdamse Wallen draaide, met Frans Weisz als assistent en Peter Faber in een figurantenrolletje, La ragazza in vetrina (1961). Internationaal trok hij meer aandacht met films als het poëtische Domenica d'Agosto (1950), Parigi è sempre Parigi (1951), Le ragazze di Piazza di Spagna (1952), Il bigamo (met Marcello Mastroianni; 1956) en Il momento piu' bello (met Mastroianni; 1957). Maakte aanvankelijk korte documentaires, met name over kunstenaars, zoals Il paradiso perduto over Jeroen Bosch (samen met Enrico Gras, 1948), Goya (1951) en Picasso (1954), maar ook Isola nella laguna (1948). Tot zijn latere werk behoren Una lunga lunga lunga notte d'amore (met Marie Trintignant en Giancarlo Giannini; 2001) en L'acqua...il fuoco (2003). Schreef veel van zijn eigen scenario's samen met Sergio Amidei.
77, Ditchling (graafschap East Sussex), 15 september, leverkanker
Schots scenarioschrijver. Auteur van twee succesvolle actiefilms, The Italian Job (Peter Collinson, 1969) en Kelly's Heroes (Brian G. Hutton, 1970). Schreef ook The Jerusalem File (John Flynn, 1972), Sweeney 2 (Tom Clegg, 1978), Red Heat (Walter Hill, 1988) en Red Dust (Tom Hooper, 2004), alsmede de politieserie Z-Cars (1962-78).
The Kentucky Fried Movie 73, Mailbu, 14 september, kanker
Amerikaans acteur en songwriter, pseudoniem van James Bateman. Speelde opvallende rollen in vier films van Robert Altman: The Long Goodbye (1973), Nashville (1975), A Perfect Couple (1979) en HealtH (1980). Was eerder vaak op televisie te zien, met name in Rowan & Martin's Laugh-In (1968-71). Speelde ook filmrollen in onder meer The Nutty Professor (Jerry Lewis, 1963), Kiss Me, Stupid (Billy Wilder, 1964), The Outlaws Is Coming (met The Three Stooges; Norman Maurer, 1965), The Last Remake of Beau Geste (Marty Feldman, 1977), The Kentucky Fried Movie (John Landis, 1977), The Blues Brothers (Landis, 1980), The Incredible Shrinking Woman (Joel Schumacher, 1981), Innerspace (Joe Dante, 1987), Switching Channels (Ted Kotcheff, 1988), The 'burbs (Dante, 1989), Gremlins 2: The New Batch (Dante, 1990), Magnolia (Paul Thomas Anderson, 1999), Wedding Crashers (David Dobkin, 2005) en Big Stan (Rob Schneider, 2007). Schreef en zong een aantal liedjes in Nashville.
Nederlands trompettist, arrangeur, orkestleider en componist, eigenlijk Gerard Gijsbertus Jacobus van Rooijen. Studeerde trompet aan het Haagse conservatorium en speelde vanaf 1955 in The Ramblers en vele big bands. Componeerde met twee anderen de muziek voor de openingsceremonie van de Olympische Spelen in München (1972). Schreef in Duitsland soundtracks voor een aantal genrefilms, zoals Der Sarg bleibt heute zu/Chinos y minifaldas (Ramón Comas, 1967), Necronomicon/Succubus (Jesus Franco, 1968), Im Schloß der blutigen Begierde (Adrian Hoven, 1968), Rote Lippen, Sadisterotica/El caso de los dos bellezas (Franco, 1969), Küß mich, Monster/Bésame monstruo (Franco, 1969), Wie kurz ist die Zeit zu lieben (Pier A. Caminnecci, 1970) en Gebissen wird nur nachts/The Vampire Happening (Freddie Francis, 1971). Zijn compositie The Great Bank Robbery werd gebruikt als begintitelmuziek van de film Free Enterprise (Robert Meyer Burnett, 1998).
Amerikaans steracteur. Zoon van een rodeocowboy en een danslerares uit Houston werd in 1987 een wereldster door de hoofdrol in de surprisehit Dirty Dancing (Emile Ardolino, 1987) en continueerde zijn reputatie als hartenbreker in de met twee Oscars bekroonde romantische komedie Ghost (Jerry Zucker, 1990), zij het na Razzie-nominaties voor Next of Kin (John Irvin, 1989) en het rondom zijn verse sterstatus geconstrueerde Roadhouse (Rowdy Herrington, 1989). Debuteerde in de bescheiden 'rock and roller disco movie' Skatetown, U.S.A. (William A. Levey, 1979). Daarna in The Outsiders (Francis Ford Coppola, 1983), Uncommon Valor (Ted Kotcheff, 1984), Grandview U.S.A. (Randal Kleiser, 1984), Red Dawn (John Milius, 1984), Youngblood (Peter Markle, 1986), Steel Dawn (Lance Hool, 1987), Tiger Warsaw (Amir Q. Chaudhri, 1988), Point Break (Kathryn Bigelow, 1991), City of Joy (Roland Joffé, 1992), Father Hood (Darrell Roodt, 1993), Tall Tale (Jeremiah S. Chechik, 1995), To Wong Foo Thanks for Everything, Julie Newmar (Beeban Kidron, 1995), Three Wishes (Martha Coolidge, 1995), Black Dog (Kevin Hooks, 1998), Letters from a Killer (David Carson, 1998), Forever Lulu (John Kaye, 2000), Donnie Darko (Richard Kelly, 2001), Waking up in Reno (Jordan Brady, 2002), 11:14 (Greg Marcks, 2003), Dirty Dancing: Havana Nights (Guy Ferland, 2004), George and the Dragon (Tom Reeve, 2004), Keeping Mum (Niall Johnson, 2005) en Powder Blue (Timothy Linh Bui, 2009). Getrouwd met actrice Lisa Niemi, die hem regisseerde in One Last Dance (2003).
Amerikaans televisie- en filmregisseur en -producent. Aanvankelijk script supervisor bij Warner Bros. en maker van trainingsfilms tijdens de Tweede Wereldoorlog. In 1953 mede-oprichter van de productiemaatschappij Levy-Gardner-Laven. Grootste televisiesucces was de door Sam Peckinpah geschreven westernserie The Rifleman (1958-63). Debuteerde als filmregisseur met de film noir Without Warning! (1952). Daarna onder meer Vice Squad (met Edward G. Robinson; 1953), Down Three Dark Streets (1954), The Rack (met Paul Newman; 1956), The Monster That Challenged the World (1957), Slaughter on Tenth Avenue (1957), Anna Lucasta (met Eartha Kitt en Sammy Davis Jr.; 1959), Geronimo (1962), The Glory Guys (1965), Rough Night in Jericho (met Dean Martin; 1967) en Sam Whiskey (met Burt Reynolds; 1969). Produceerde films als The Vampire (Paul Landres, 1959), Clambake (met Elvis Presley; Arthur H. Nadel, 1967), The Scalphunters (met Burt Lancaster; Sydney Pollack, 1969) en Underground (Nadel, 1970).
Amerikaans scenarioschrijver. Oscarnominaties voor Oh, God! (Carl Reiner, 1977) en Tootsie (Sydney Pollack, 1982). Tekstschrijver voor Bob Hope en Sid Caesar was een van de geestelijk vaders, als producent en scriptschrijver, van de succesvolle televisieserie M*A*S*H (1972-85), gebaseerd op de gelijknamige speelfilm van Robert Altman (1970). Schreef tevens de films The Notorious Landlady (samen met Blake Edwards; Richard Quine, 1962), de Doris Day-komedie The Thrill of It All (samen met Reiner; Norman Jewison, 1963), The Wrong Box (Bryan Forbes, 1966), Not with My Wife, You Don't! (Norman Panama, 1966), Movie Movie (Stanley Donen, 1978), Rough Cut (onder het pseudoniem Francis Burns; Don Siegel, 1980), Neighbors (John G. Avildsen, 1981), Blame It on Rio (Donen, 1984) en Bedazzled (Harold Ramis, 2000). Zijn boek A Funny Thing Happened on the Way to the Forum vormde de basis voor een musical van Stephen Sondheim, die ook werd verfilmd (Richard Lester, 1966).
Jacco's film 79, Amsterdam?, 11 september, natuurlijke dood
Nederlands acteur, eigenlijk Jan Molenaar. Was als acteur, regisseur en later ook artistiek leider verbonden aan de politiek geëngageerde toneelgroep Proloog (1966-84). Speelde in de lange speelfilms Mijn vader woont in Rio (Ben Sombogaart, 1989), Bij nader inzien (oorspronkelijk een televisieserie; Frans Weisz, 1991) en Flodder in Amerika! (Dick Maas, 1992). Ook in de eindexamenfilms Zinderend (Tuschinski Award; Paula van der Oest, 1988), Koekoekskinderen (Eugenie Jansen, 1991) en De marionettenwereld (Gouden Kalf beste korte film; Elbert van Strien, 1993), de televisiefilm Het laatste glas melk (Eric Oosthoek, 1995), de telefilm Escort (Frank Ketelaar, 2006) en de eindexamenfilm Jacco's film (Daan Bakker, 2009). Oprichter van de stichting Kinderen in Mostar Nu. Getrouwd met actrice Nienke Sikkema.
Zuid-Afrikaans acteur. Richtte in de jaren vijftig met Athol Fugard een multiraciale theatergroep op. Emigreerde in 1969 naar de Verenigde Staten. Onder meer te zien in Dilemma (Henning Carlsen, 1962), Darling (John Schlesinger, 1965), The Comedians (Peter Glenville, 1967), Fragment of Fear (Richard C. Sarafian, 1970), The Island (Michael Ritchie, 1980), Roar (Noel Marshall, 1981), Cry Freedom (Richard Attenborough, 1987), The Serpent and the Rainbow (Wes Craven, 1988), A Dry White Season (Euzhan Palcy, 1989), Dad (Gary David Goldberg, 1989), A Rage in Harlem (Bill Duke, 1991), The Doctor (Randa Haines, 1991), Body Parts (Eric Red, 1991), Dust Devil (Richard Stanley, 1992), Vampire in Brooklyn (Craven, 1995), Outbreak (Wolfgang Petersen, 1995), Waterworld (Kevin Reynolds, 1995) en Krippendorf's Tribe (Todd Holland, 1998).
Amerikaans acteur. Populair in televisieseries, twee Emmy-nominaties voor Naked City (1962 en 1963), ook lang in Dynasty (1982-88). Grotere filmrollen in Valley of the Dolls (Mark Robson, 1967) en The Thomas Crown Affair (Norman Jewison, 1968). Voorts in South Sea Woman (Arthur Lubin, 1953), Francis in the Navy (Lubin, 1955), Screaming Eagles (Charles F. Haas, 1956), The Disembodied (top-billed; Walter Grauman, 1957), Della (Robert Gist, 1964), Daddy's Gone A-Hunting (Robson, 1969), Once You Kiss A Stranger (top-billed; Robert Sparr, 1969), Maharlika (top-billed; Jerry Hopper, 1970), Psychic Killer (top-billed; Ray Danton, 1975) en The Fool (Chrstine Edzard, 1990).
Met Horace McMahon en Richard Jordan in Naked City (1962)
60?, Parijs, 9 september, gevolgen van hepatitis C
Amerikaans componist, violist en dirigent. Woonde en werkte vooral in Frankrijk, waar hij dit jaar een César won voor de soundtrack van Séraphine (Martin Provost, 2008). Schreef ook oorspronkelijk de muziek voor In the Mood for Love/Hua yang nin hua (Wong Kar-wai, 2000), maar op het laatste moment werd besloten als hoofdthema bestaande filmmuziek van Shigeru Umabayashi te gebruiken, en die werd het handelsmerk, al bleef de muziek van Galasso in veel scènes wel gehandhaafd. Galasso schreef in het theater onder meer voor Robert Wilson en ook voor films als Seuls (Francis Reusser, 1981), Chungking Express/Chongqing senlin (Wong, 1994), Clouds: Letters to My Son (Marion Hänsel, 2001), Secret Ballot/Raye makhfi (Babak Payami, 2001), Angel on the Right/Fararishtay kifti rost (Jamshed Usmonov, 2002), Waiting for the Clouds/Bulutlari beklerken (Yesim Ustaoglu, 2003), de documentaire Portrait of a Bookstore as an Old Man (Gonzague Pichelin en Benjamin Sutherland, 2003), Le tango des Rashevski (Sam Garbarski, 2003), Brodeuses (Eléonore Faucher, 2004) en het omnibusproject Stories on Human Rights (2008).
82, Southport (deelstaat Queensland), 8 september, gevolgen van een val in zijn huis
Australisch acteur. Vertrok na enkele kleinere televisie- en filmrollen in 1958 naar Engeland, waar hij zeer actief was op televisiegebied (talrijke stemmen in de poppenserie The Thunderbirds bijvoorbeeld) en in een handvol films: Jigsaw (Val Guest, 1962), Mix Me a Person (Leslie Norman, 1962), 80,000 Suspects (Guest, 1963), The Reptile (John Gilling, 1966), Revenge (Sidney Hayers, 1971), The Amorous Milkman (Derren Nesbitt, 1975). Speelde na zijn terugkeer naar Australië een opmerkelijke hoofdrol in Don's Party (Bruce Beresford, 1976) en zou internationaal vooral bekendheid krijgen als mate (goudzoeker, veeboer, arbeider) in hoogtepunten van de Australische filmrenaissance. Onder meer in The Chant of Jimmie Blacksmith (Fred Schepisi, 1978), The Earthling (Peter Collinson, 1980), Goodbye Paradise (Carl Schultz, 1983), Wo die grünen Ameisen träumen/Where the Green Ants Dream (Werner Herzog, 1984), Blood Oath (Stephen Wallace, 1990), No Worries (David Elfick, 1994), Hotel Sorrento (Richard Franklin, 1995), Brilliant Lies (Franklin, 1996), Hotel de Love (Craig Rosenberg, 1996), Heaven's Burning (Craig Lahiff, 1997), In the Winter Dark (James Bogle, 1998), Visitors (Franklin, 2003) en Australia (Baz Luhrmann, 2008).
54, Rosario, El Salvador, 2 september, doodgeschoten in zijn auto
In Algerije geboren Frans-Spaans fotograaf en documentairemaker, voluit Christian Gregorio Poveda Ruiz. IDFA vertoonde vorig jaar zijn documentaire La vida loca (2008), over de zogeheten maras, uiterst gewelddadige jeugdbendes in El Salvador. Als fotograaf werkte hij onder meer voor Time en kreeg bekendheid door een serie over het Polisario-bevrijdingsfront in de Westelijke Sahara.
Italiaans scenarioschrijver, producent en regisseur. Debuteerde als co-scenarist van Due lettere anonime (Mario Camerini, 1945). Schreef ook films als Processo alla città (Luigi Zampa, 1952), Les sept péchés capitaux (episode van Eduardo De Filippo, 1952), Altri tempi (Alessandro Blasetti, 1952), Il mondo le condanna (Gianni Franciolini, 1953) en I vinti (Michelangelo Antonioni, 1953). Schreef en regisseerde tussen 1957 en 1960 zes speelfilms, waarvan I colpevoli (1957) en de Totò-komedie Gambe d'oro (1958) de grootste bekendheid verwierven. Produceerde titels als Io la conoscevo bene (Antonio Pietrangeli, 1965), Operazione San Gennaro (Dino Risi, 1966), Violenza al sole (Florestano Vancini, 1968), I bastardi (Duccio Tessari, 1968), Il padre di famiglia (Nanni Loy, 1969), I tulipani di Haarlem (Franco Brusati, 1970), Anonimo Veneziano (Enrico Maria Salerno, 1970), Roma (Federico Fellini, 1972), Pane e cioccolata (Brusati, 1973), Il viaggio (Vittorio de Sica, 1974), Schock (Mario Bava, 1977), The Squeeze (Antonio Margheriti, 1978) en Killer Fish (Margheriti, 1979),
Nederlands bioscoopoperateur en -historicus. Draaide vooral in Groningen, aanvankelijk voor de theaters van Abeln, daarna voor Pathé. Verzamelde informatie over de gechiedenis van bioscopen en zette die op een eigen website, www.bioscoopgeschiedenis.nl. Daarin werd per provincie een inventarisatie gemaakt van alle filmtheaters uit heden en verleden. Helaas is de site uit de lucht en niet meer te raadplegen.