87, West Chatham MA,
24 augustus, hartfalen
Amerikaanse musical- en toneelster en filmactrice. Bankiersdochter won vijf
Tony’s, meer dan welke Broadway-actrice ook, maar zou haar grootste roem
vergaren als tegenspeelster van James Dean in de film East of Eden/De verloren zoon (top-billed; Elia Kazan, 1955).
Oscarnominatie voor haar filmdebuut, The
Member of the Wedding (Fred Zinnemann, 1952). Ze hernam daarin de ook op
Broadway door haar gespeelde rol van een jongensachtig meisje van 12, hoewel ze
tijdens de opnamen 26 was. Daarna, lang voor Cabaret, de eerste Sally Bowles in de verfilming van Christopher
Isherwoods roman I Am a Camera (top-billed;
Henry Cornelius, 1955).
Voorts onder meer in
The Truth about Women (Muriel Box, 1957),
Sally’s Irish Rogue (top-billed; George Pollock, 1958),
Requiem for a Heavyweight (Ralph Nelson,
1962),
The Haunting (top-billed;
Robert Wise, 1963), tegenover Paul Newman in
Harper (Jack Smight, 1966),
You’re
a Big Boy Now (Francis Ford Coppola, 1966), tegenover Elizabeth Taylor en
Marlon Brando in
Reflections in a Golden
Eye (John Huston, 1967),
The Split (Gordon
Flemyng, 1968),
The People Next Door (David
Greene, 1970), als Betsie ten Boom in
The
Hiding Place (top-billed; James F. Collier, 1975),
Voyage of the Damned (Stuart Rosenberg, 1976), als de moeder in
Sylvia Plaths
The Bell Jar (Larry
Peerce, 1979), solo als Charlotte in
Brontë
(Delbert Mann, 1983),
Gorillas in the
Mist (Michael Apted, 1988),
HouseSitter
(Frank Oz, 1992),
The Dark Half (George
A. Romero, 1993), als de moeder van Dennis Hopper in
Carried Away (Bruno Barreto, 1996) en
The Lightkeepers (top-billed; Daniel Adams, 1999).
Niet te verwarren met de gelijknamige Engelse kostuumontwerpster.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten